Mestkelders overstromen niet meer, maar zorgen over mestoverschot houden aan
Na een zomer met overvolle mestkelders en zorgen over faillissementen, lijken de acute problemen van melkveehouders even opgelost. Er kwamen tijdelijke oplossingen voor het mestoverschot, maar daarmee blijven de zorgen in de sector groot. Komend jaar dreigen de problemen nog altijd groter te worden.
Tijdens het debat van vandaag over de mestproblematiek zal de Tweede Kamer naar verwachting opnieuw aandringen op meer snelheid bij het nemen van maatregelen en het maken van scherpere keuzes.
Vooral melkveehouders kwamen het afgelopen jaar in de problemen. Een aanzienlijk deel van de mest die Nederlandse koeien produceren, wordt hier over akkers uitgereden om gewassen te voeden. Maar het volume dat mag worden uitgereden, krimpt al een aantal jaren op rij doordat Nederland zijn uitzonderingspositie binnen Europa is verloren.
Kosten verdubbeld
Dat heeft een deel van de boeren dit jaar al gevoeld. Ook het natte voorjaar pakte nadelig uit. Daardoor kon er langere tijd überhaupt geen mest over akkers worden uitgereden en raakten mestopslagen steeds voller.
De acute problemen van koeien die met de poten in de mest staan, lijken voorbij.
Boeren die hun opslag wilden legen, kregen met hogere kosten te maken. "De kosten voor het afvoeren van mest zijn tussen 2022 en nu verdubbeld", zegt Marijn Dekkers, sectormanager melkveehouderij van Rabobank.
"Wij horen nu van onze mesttransporteurs dat de opslagen niet meer zo vol zitten, al kan dat regionaal verschillen", zegt Eduard van der Harst van brancheorganisatie Cumela. Dat is ook de indruk van Erwin Wunnekink, vakgroepvoorzitter Melkvee van brancheorganisatie LTO. "De acute problemen van koeien die met de poten in de mest staan, lijken voorbij."
Verlichting
Wat een beetje hielp is het besluit van minister Wiersma dat boeren dit jaar twee weken langer mest mochten uitrijden. Daardoor was er meer tijd om de mest die het land op mag, ook daadwerkelijk op de akkers te krijgen. Ook is er wat meer mest geëxporteerd, berichtte Nieuwe Oogst onlangs.
Daarnaast hebben honderden melkveehouders hun mest tijdelijk opgeslagen, denkt Wunnekink. "Bijvoorbeeld in een bassin, tussen twee lagen plastic. Zo'n extra opslag moet je melden bij de gemeente, maar een vergunning is meestal niet nodig", zegt de vakgroepvoorzitter, die zelf half oktober ook zo'n bassin op zijn erf aanlegde.
Het mestbassin dat Wunnekink dit najaar aanlegde:
"Daarmee verplaats je het probleem wel naar volgend jaar", vervolgt hij. "Wie meer mest produceert dan hij mag uitrijden, is verplicht om die mest tegen betaling af te voeren. Overtollige mest die je nu opslaat moet je dus volgend jaar alsnog laten afvoeren en daar komt de overtollige mest van volgend jaar dan nog bij."
Milieudelict
Vermoedelijk zijn er ook melkveehouders die hun mest illegaal hebben uitgereden. "We krijgen daar signalen van, maar kunnen die niet helemaal staven", reageert Wunnekink desgevraagd. "Ik zeg in ieder zaaltje waar ik spreek dat dit een milieudelict en een economisch delict is. Je kunt daar subsidies door kwijtraken en er een strafblad voor krijgen."
Hij schat dat de helft van de melkveehouders dit jaar extra moeite had om de mest weg te krijgen en dat zo'n 10 procent van de sector hier grote problemen mee had. Nederland telde in 2023 ruim 14.000 melkveehouders met gemiddeld 110 koeien per bedrijf.
We zien dat melkveehouders investeringen uitstellen en jonge boeren bedrijven niet overnemen.
"Op dit moment zien we niet dat melkveehouders daardoor op grote schaal in financiële problemen komen", zegt sectormanager Dekkers van de Rabobank, waar volgens de bank driekwart van de sector bankiert. "Dat komt niet alleen doordat er mest is opgeslagen, maar ook doordat de melkprijs hoog ligt. Dat verzacht de pijn van de hogere kosten een beetje."
Minder koeien
Ook zijn er melkveehouders die hun bedrijf dit jaar hebben opgedoekt. Via uitkoopregelingen stuurt de overheid aan op een kleinere veestapel die minder mest produceert. Melkveehouders die 'piekbelaster' zijn, kunnen zich nog tot en met 20 december inschrijven voor een uitkoopregeling. Een deel van hen gaat verder als akkerbouwer.
Wunnekink is vooral bezorgd over volgend jaar. In 2025 mogen boeren opnieuw minder mest uitrijden dan dit jaar, maar voor volgend jaar bestaat er geen uitkoopregeling waarmee veehouders subsidie krijgen als ze hun bedrijf opheffen.
Minister Wiersma dacht in eerste instantie aan een regeling voor 2026, maar volgens Wunnekink is die in 2025 al nodig. Ook de Tweede Kamer drong onlangs aan op snellere actie. Wiersma maakte eerder al bekend dat er in ieder geval een nieuwe uitkoopregeling komt voor boeren. RTL meldt nu dat ze daar 1 miljard voor wil uittrekken. Maar dat moet ze maandag nog bespreken in het kabinet.
Vervanger van kunstmest
Ook sectormanager Dekkers van Rabobank vindt dit belangrijk. "Er zit te veel mest in het systeem. We zien dat melkveehouders investeringen uitstellen en jonge boeren bedrijven niet overnemen omdat er veel onzekerheid is over het toekomstige beleid. Daar moet duidelijkheid over komen."
Verder pleitten Wunnekink en Dekkers voor duidelijkheid over Renure. Dat product wordt gemaakt uit dierlijke mest en zou kunnen dienen als vervanger van de kunstmest die nu bovenop de dierlijke mest op akkers mag worden gebracht. Als er toestemming komt voor het gebruik van Renure, dan kan dit het mestprobleem verkleinen.