Ultraorthodoxen in Israël verdeeld over mogelijke dienstplicht
Kaja Bouman
Kaja Bouman
Als de Israëlische regering niet met nieuwe wetgeving komt, moeten ultraorthodoxe mannen vanaf volgende maand mogelijk in militaire dienst. Van oudsher is deze groep Israëliërs, ook wel charedim genoemd, juist vrijgesteld van dienstplicht. Een deel verzet zich tegen de mogelijkheid dat ze binnenkort opgeroepen kunnen worden: ook afgelopen dagen demonstreerden duizenden charedim voor hun uitzonderingspositie. Maar binnen de gemeenschap klinkt ook een ander geluid.
Seculiere politici probeerden de afgelopen jaren al de uitzonderingspositie af te schaffen. Die pogingen worden geblokkeerd door orthodoxe partijen in de regering. De oorlog in Gaza kan nu een omslagpunt zijn.
Oppositieleider Yair Lapid benoemde de kwestie vorige week. Hij zei dat de staat studenten van religieuze scholen (jesjiva's) moet oproepen, omdat het anders niet eerlijk is tegenover de Israëliërs die al weken als reservist achter de rug hebben.
Uit de rest van seculier Israël klinkt ook een steeds sterker geluid dat charedim het leger in zouden moeten. Volgens een rondgang van het Israël Democratie Instituut in februari wil zo'n 70 procent van de Joodse Israëliërs dat de ultraorthodoxen in dienst gaan.
In zichzelf gekeerde groep
Het besluit om ultraorthodoxen vrij te stellen van dienen in het leger stamt uit 1948, toen de staat Israël werd gesticht. "Premier Ben-Goerion gaf jesjiva-studenten toen vrijstelling van het leger om hun de kans te geven de religieuze instituten te herstellen", vertelt de ultraorthodoxe rabbijn Yehoshua Pfeffer vanuit Israël. "Die waren tijdens de Holocaust volledig vernietigd."
In 1948 was de vrijstelling geen probleem, omdat de ultraorthodoxen op dat moment nog geen 3 procent van de bevolking uitmaakten. "Niemand had verwacht dat de gemeenschap zo snel zou groeien", zegt Pfeffer.
Inmiddels maken de charedim zo'n 15 procent van de bevolking uit en zijn de religieuze instituten groter dan ze ooit zijn geweest, zelfs vóór de Holocaust waren ze niet zo groot. Het argument uit 1948 gaat daarom volgens Pfeffer niet meer op.
De charedi-gemeenschap is een in zichzelf gekeerde groep, die in sommige gevallen compleet buiten de rest van de Israëlische samenleving staat. Onder de huidige regeling worden ultraorthodoxe vrouwen niet opgeroepen en kan een charedi-man onder zijn dienstplicht uitkomen door van zijn 18e tot 26e in een jesjiva te studeren. Daar bestuderen ze de Thora, werken ze niet en zijn ze volledig afhankelijk van overheidssubsidies.
In 2017 besloot het hooggerechtshof dat deze uitzondering voor de charedi-gemeenschap discriminerend is. Het hof gaf de regering toen een jaar om met betere wetgeving te komen rond de kwestie, maar door meerdere verkiezingen werd die deadline keer op keer uitgesteld. Eind deze maand, op 31 maart, is de volgende deadline.
Honderden verzoeken
Niet alleen seculiere Israëliërs, maar ook een deel van de ultraorthodoxe gemeenschap zelf vindt dat zij in militaire dienst moet. In oktober, kort na het begin van de oorlog, meldde legerwoordvoerder Hagari dat het leger meer dan 2000 verzoeken heeft binnengekregen van charedim die als vrijwilliger aan de slag willen.
Er zijn zelfs ultraorthodoxe rabbijnen die oproepen de 'militaire last' eerlijker te verdelen, onder wie dus Yehoshua Pfeffer. "Het is absolute noodzaak dat de charedim meedoen aan alle aspecten van de Israëlische samenleving, waaronder het leger", vindt hij.
Hij ziet nog wel weerstand binnen de gemeenschap. "Er zijn charedim die volledig tegen het idee van dienstplicht zijn. Een ander deel ziet het wel zitten, en een derde groep staat ervoor open maar gelooft niet dat de moderne Israëlische maatschappij de religieuze normen en waarden zou accepteren."
Dat laatste zit hem volgens Pfeffer vooral in de waarden van seculier Israël. Die zijn gefocust op individualisme en dat is uitdagend voor het religieuze leven van de charedim, zegt de rabbijn. "We moeten ons inderdaad isoleren van andere Joden in Israël, omdat zij een andere visie hebben die niet overeenkomt met onze manier van leven. Maar dat betekent niet dat we niet kunnen meedoen aan fundamentele onderdelen van de maatschappij."
Ook als heel Israël ultraorthodox zou zijn, zouden we een leger nodig hebben. We moeten met een oplossing komen.
Een mogelijke oplossing is bijvoorbeeld een apart legeronderdeel voor ultraorthodoxen. Daar zouden dan geen vrouwen meedoen en er zou volgens de religieuze dieetrestricties worden gegeten. Pfeffer verwacht dat de oorlog in Gaza charedim kan inspireren om in dienst te gaan. "Een aantal charedim doet nu al vrijwilligerswerk en ook leden van de religieus-zionistische gemeenschap zijn in dienst gegaan. Zij laten zien dat het kan."
Hij denkt niet dat er voor de deadline van 31 maart nieuwe wetgeving zal zijn. Als die er eenmaal komt, verwacht hij een systeem van quota: een limiet op het aantal jesjiva-studenten dat vrijstelling krijgt van het leger. Als de jesjiva's voorbij dat aantal gaan, kan bijvoorbeeld de subsidie worden beperkt.
"De charedi-gemeenschap groeit snel. En ook als heel Israël ultraorthodox zou zijn, zouden we een leger nodig hebben. We moeten met een oplossing komen."