Hoe snel haal je een gaswinlocatie uit de waakstand? Dat test de NAM nu
Hoe zeker weten we dat Nederland voldoende gas heeft als er straks een strenge winter komt? Om die vraag te beantwoorden wordt getest met het heropenen van gesloten gasproductielocaties. In Siddeburen onderzoekt de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) vanaf vandaag hoeveel tijd nodig is om die gasput weer in bedrijf te krijgen. Het gaat om voorbereidingen voor een noodsituatie: het wil niet zeggen dat de kraan weer opengaat.
De test werd enkele weken geleden aangekondigd in een Kamerbrief van demissionair staatssecretaris Vijlbrief (Mijnbouw). Op 1 oktober wil hij de gaskraan dichtdraaien en een jaar later alle gasvelden definitief sluiten. Na het zomerreces zou een wetsvoorstel naar de Tweede Kamer gaan, maar die moet door de kabinetsval eerst nog beslissen welke onderwerpen door de huidige Kamer nog besproken worden (al is de verwachting dat Groningen daar wel bij hoort).
In Groningen zijn nog vijf locaties waar gas wordt geproduceerd, zij het op een laag pitje. Afgelopen jaar kwam er bijna 3 miljard kuub uit de grond. Ter vergelijking: in 2013 was dat zo'n 53 miljard kuub.
Drie standen voor gaswinning
Er zijn pakweg drie standen waar een gasproductielocatie nu in kan staan. Ten eerste 'de waakvlam', waarbij een klein beetje gas wordt geproduceerd. Als het nodig is, kan snel worden opgeschaald. Vergelijk het met een auto: die kan stationair draaien, klaar om gelijk te weg te rijden.
Daarnaast heb je gasproductielocaties waar de gaskraan is dichtgedraaid. Geen gasproductie dus, maar ze zijn ook nog niet definitief dicht, als een auto met een lege accu. Deze locaties kunnen weer worden opgestart - zoals in Siddeburen - maar de vraag is hoelang zoiets duurt.
In de derde stand wordt de gasproductielocatie ontmanteld en de put volgegoten met cement. De motor wordt dan uit de auto gehaald en vernietigd: het is definitief klaar. Onderaan dit artikel zie je hoe zo'n sluiting precies gaat.
In Nederland is de NAM verantwoordelijk voor de gasproductie en doet de Gasunie het gastransport. Die laatste adviseert het ministerie van Economische Zaken hoe het zit met de gasleveringszekerheid. Het ministerie beslist en is eindverantwoordelijk.
Voor komende winter gaat het goed met de gasvoorraad: de opslag is voor 88 procent gevuld. Maar bij een crisissituatie kan die, als het erg koud is, snel leeg zijn. Denk aan een kapotte pijpleiding vanuit Noorwegen, een gasopslagstoring of een probleem met de aanvoer van vloeibaar gas.
En dus adviseert de Gasunie om niet op 1 oktober 2024 alles definitief te sluiten. Sterker: de gastransporteur wil het liefst een aantal gasproductielocaties achter de hand houden. De auto met de motor aan dus. Sluit je namelijk een productielocatie, dan kan het volgens de NAM weken duren voordat die weer gas kan produceren. En dus vindt de Gasunie de risico's nu nog te groot.
'Waakvlam misbruikt'
Die zorgen deelt energie-expert Sjak Lomme. "De opschaling van vloeibaar gas uit de VS en Qatar zal waarschijnlijk pas over vier jaar echt gaan lopen. Daarbij zijn we nog erg afhankelijk van gas. We elektrificeren wel, maar in de winter maken we veel elektriciteit nog met behulp van gas."
Hoewel Lomme zich kan vinden in de risico's rond de leveringszekerheid, snapt hij ook de scepsis over de waakvlam. "Er is in het verleden vaker gezegd dat locaties op waakvlamniveau gas produceerden, wat achteraf meer bleek te zijn. Daar ontstond verontwaardiging over."
'Gaswinning Groningen gevaarlijk'
Terug naar Siddeburen. Het is nooit eerder getest hoelang het duurt om een locatie die al zo lang (sinds 1 april) dicht is, weer op te starten. De NAM houdt rekening met vele weken, volgens de Gasunie is het bij een crisis binnen twee weken nodig.
En eigenlijk vindt de NAM het testen een beetje onzin. "We doen dit omdat de staatssecretaris dit ons heeft opgedragen, terwijl wij al meermaals hebben aangegeven dat de resultaten niet erg bruikbaar zijn", zegt directielid Martijn Kleverlaan. "Deze tests doen we nu op onze makkelijkste locatie in de zomer. De situatie is dus niet representatief voor andere locaties en andere seizoenen."
In een reactie gaat het ministerie niet in op de verwijten van de NAM, maar wel op de gevolgen voor de leveringszekerheid: "Het klopt dat het stoppen van de Groningse gaswinning leidt tot een hoger risico voor de leveringszekerheid. Dit acht het kabinet aanvaardbaar. Gaswinning in Groningen is gevaarlijk, daarom stoppen we met winnen vanaf oktober. Dat zijn we aan Groningers verschuldigd."
Zo werkt het definitief sluiten van een gasveld: