Syrische media: Damascus staat humanitaire hulp toe in rebellengebied
Syrische staatsmedia melden dat president Assad humanitaire hulp wil doorlaten naar gebieden die in handen zijn van opstandelingen. In dat deel van het aardbevingsgebied in het noorden van Syrië wonen zo'n twee miljoen vluchtelingen, die door de burgeroorlog ontheemd zijn geraakt. De hulp wordt geleverd door de Verenigde Naties, het Rode Kruis en de Syrische Rode Halve Maan.
In Syrië woedt sinds 2011 een burgeroorlog. Het regime van president Assad bestrijdt met hulp van Iran en Rusland verschillende oppositiegroepen. De aardbevingen van begin deze week veroorzaakten grote schade in zowel regerings- als rebellengebied in Syrië.
Het rebellengebied is voor hulpkonvooien vanuit Turkije nauwelijks te bereiken. De grens zit al jaren dicht: slechts een van de drie grensovergangen is met behulp van een VN-resolutie opengehouden. Die grensovergang verbindt de zwaar getroffen regio Hatay met de Syrische plaats Bab al Hawa.
Juist die grensovergang was door de aardbeving onbegaanbaar geworden. Gisteren pas konden na noodreparaties aan de weg voor het eerst zes vrachtwagens de grens met Syrië passeren. Veertien andere vrachtwagens met goederen zijn vandaag vanuit de Turkse stad Gaziantep de grens bij Bab al Hawa overgegaan, meldt de Internationale Organisatie voor Migratie van de VN.
Met Turkije wordt overlegd over de tijdelijke opening van meer grensovergangen naar het rebellengebied in Syrië. Ook Nederland heeft hierover contact met Turkije, zegt premier Rutte. Ook overweegt Turkije om de grens naar Syrisch regeringsgebied weer te openen.
Stuur het naar Damascus en wij zorgen dat het goed terechtkomt.
Het liefst zou de Syrische president Assad willen dat alle hulp naar Damascus wordt gebracht, zegt journalist Fernande van Tets, die jarenlang in Syrië werkte, op Radio 1.
"In het noorden van Syrië en in Turkije is de schade het grootst. Daar zijn veel wegen kapot, dus stuur de goederen naar Damascus en wij zorgen dat het goed terechtkomt, zegt hij. Helaas leert de geschiedenis dat dat niet vaak gebeurt." De reden dat de VN alleen hulp verleent vanuit Turkije is juist omdat Assad het rebellengebied totaal afsnijdt van alle hulp, aldus Van Tets.
Regime roomt hulp af
Dat bevestigt ook Qutaiba Yassine, een Syrische journalist die vanuit Turkije werkt, tegen de NOS. Een deel van de hulpgoederen bereikt volgens hem nooit zijn eindbestemming, maar wordt gewoon verkocht. "Op online-advertenties zie je nu het volgende staan: tenten te koop, luiers uit Saudi-Arabië en dadels uit de Emiraten te koop. De markt is geopend."
Ook wordt een deel van de hulp door het regime afgeroomd, stelt Midden-Oostendeskundige Brigitte Herremans. "Door bijvoorbeeld te hoge wisselkoersen te berekenen voor internationale organisaties. Naar schatting zou ongeveer 50 cent van elke dollar blijven plakken bij het regime."
Assad: Westen schuldig
President Assad grijpt volgens Midden-Oostendeskundigen de natuurramp ook aan om te proberen de internationale sancties tegen Syrië van tafel te krijgen. Vandaag, vier dagen na de ramp, liet Assad zich voor het eerst zien in het rampgebied. Hij bezocht de stad Aleppo en zei daar tegen de verzamelde pers dat de westerse sancties tegen Syrië de hulpverlening in de weg staan.
"De allerbelangrijkste reden waarom de burgerbevolking lijdt en waarom er een grootschalige humanitaire crisis is, is het Assad-regime", zegt Herremans. "En die sancties hebben daar heel grootschalige impact op. Maar het perfide regime zal natuurlijk zeggen: zien jullie wel, er komt geen hulp, die sancties zorgen ervoor dat onze burgers in nood blijven."