Amnesty: demonstratierecht in Nederland staat onder druk
Gemeenten en de landelijke overheid leggen demonstranten onnodig veel beperkingen op, met een beroep op de openbare orde, schrijft Amnesty International in een nieuw rapport. Het demonstratierecht staat onder druk in Nederland, aldus de mensenrechtenorganisatie, en dat is zorgelijk omdat demonstreren "de zuurstof voor de democratie is" en een uitlaatklep biedt voor ongenoegen.
Amnesty constateert dat burgemeesters demonstraties vooral zien als een risico voor de openbare orde, niet als de uitoefening van een mensenrecht. De organisatie stelt daartegenover dat de meeste demonstraties zonder problemen verlopen. Daarom zou de overheid meer vertrouwen moeten hebben in een goed verloop.
Lawaaiprotest geen ordeverstoring
De vrees voor verstoring van de openbare orde leidt ertoe dat de organisatoren van demonstraties te maken krijgen met voorschriften en regels vooraf, of het protest mag helemaal niet doorgaan. Het argument van ordeverstoring wordt te makkelijk gebruikt, schrijft Amnesty, "een protestmars met veel lawaai is al een verstoring van de openbare orde".
Zo verbood de gemeente Haarlem begin dit jaar een demonstratieve mars door de stad van de organisatie Woonoproer. Er werd gevreesd voor ongeregeldheden. De demonstranten wilden vanaf het beginpunt, in een park, door de binnenstad lopen. Dat laatste mocht niet, aldus Amnesty, op grond van een "vage" vrees voor ongeregeldheden.
Pas als de nationale of openbare veiligheid wordt bedreigd, of de gezondheid of de vrijheden van anderen in het geding zijn, is het gerechtvaardigd het demonstratierecht in te perken, staat in het rapport Demonstratierecht onder druk.
Te vaak ook bepalen bestuurders dat demonstraties niet op de gewenste plek mogen doorgaan, aldus Amnesty. Een voorbeeld daarvan is de actiegroep Republiek die dit jaar op Koningsdag in Maastricht wilde protesteren langs de route die de koninklijke familie af zou leggen. Dat wilde de gemeente aanvankelijk verhinderen. Dat is, zegt Amnesty, in strijd met het principe dat er binnen zicht- en gehoorsafstand mag worden gedemonstreerd.
Niet onbeperkt
Het demonstratierecht is niet onbeperkt, wordt in het rapport erkend. Als een actie verder gaat dan het uiten van een mening, dan is dat mogelijk in strijd met het demonstratierecht. Als voorbeeld worden demonstranten bij abortusklinieken genoemd. Als zij vrouwen fysiek proberen tegen te houden bij een kliniek, dan kan er worden ingegrepen.
Ook de boerenprotestacties, eerder dit jaar, worden onder de loep genomen. Daarbij werd in een aantal gevallen afval op de snelweg gedumpt. Dat is in principe toelaatbaar als onderdeel van een blokkadeactie. Maar als er blokkades worden opgeworpen op een weg die nog open is voor autoverkeer, dan is dat in strijd met het demonstratierecht.
Beperkingen schrappen
De mensenrechtenorganisatie pleit voor een verandering van de Wet openbare manifestaties waarin het recht op demonstratie is geregeld. Een aantal beperkende maatregelen moet daaruit worden geschrapt.
Het gaat dan om de beperking van het demonstratierecht vanwege het belang van het verkeer. Het verkeer mag best enige hinder van een actie ondervinden, schrijft Amnesty. En het bestraffen van niet-aangemelde demonstraties is volgens de organisatie in strijd met de mensenrechten.