Wrakstuk van spaceshuttle Challenger gevonden in Atlantische Oceaan
Duikers hebben voor de kust van Florida een groot stuk van de Challenger gevonden, de spaceshuttle die in 1986 bij het opstijgen explodeerde. Het gaat volgens NASA om het grootste teruggevonden stuk in jaren: het is zeker 4,5 bij 4,5 meter groot. Mogelijk ligt er nog meer verborgen onder het zand.
Het wrakstuk, waarschijnlijk een stuk van de romp van het ruimteveer, werd in maart gevonden door documentairemakers die op zoek waren naar een verdwenen vliegtuig uit de Tweede Wereldoorlog. Omdat dit stuk moderner was en de kenmerkende tegeltjes van een spaceshuttle had, schakelden ze NASA in. Die bevestigt nu dat het stuk van Challenger komt. Het is het grootst teruggevonden stuk sinds in 1996 delen van de linkervleugel aanspoelden.
"Mijn hart sloeg over. Ik was meteen weer terug in 1986, alles wat we toen als natie hebben meegemaakt", zegt NASA-manager Michael Ciannilli, die de vondst hielp bevestigen. "Alle emoties kwamen weer terug."
Bekijk hier een terugblik op de ramp met de Challenger:
Zeven bemanningsleden kwamen om toen de Challenger 73 seconden na lancering explodeerde. Omdat er voor het eerst een burger mee vloog, lerares Christa McAullife, zagen veel schoolkinderen de ramp live op tv. Zij en zes andere bemanningsleden kwamen om.
Er kon ruim 100 ton aan wrakstukken worden geborgen uit de oceaan, ruwweg de helft van het ruimtevaartuig. Het materiaal werd in een verlaten raketsilo op lanceerbasis Cape Canaveral opgeslagen. Alleen een paneel van het ruimteveer is te zien in het bezoekerscentrum van Kennedy Space Center, samen met een raam van de Columbia. Die shuttle verging in 2003 tijdens de terugtocht naar aarde, alle zeven inzittenden kwamen daarbij om.
Op 22 november wordt de documentaire over de vondst van het wrakstuk uitgezonden op History Channel. NASA bekijkt nog of het gevonden stuk zal worden geborgen. De ruimtevaartorganisatie benadrukt dat delen van verongelukte ruimtevaartuigen eigendom blijven van de Amerikaanse overheid.