Nederland blijft ver achter bij groei biologische landbouw
De afgelopen zeven jaar zijn er 585 biologische landbouwbedrijven in Nederland bijgekomen. Er zijn nu zo'n 1950 landbouwbedrijven biologisch, blijkt uit cijfers van het CBS.
De toename verloopt veel langzamer dan dat de Europese Unie zou willen. De ambitie van de EU is dat in 2030 25 procent van de totale landbouwgrond gebruikt wordt voor biologische landbouw.
"We komen nu uit op rond de 4 procent", zegt onderzoeker Katja Logatcheva van Wageningen Economic Research. Volgens het CBS was dat zeven jaar geleden nog 2,1 procent.
Nederland hekkensluiter
Nederland bungelt in de Europese Unie in de achterhoede. Oostenrijk heeft het grootste aandeel biologische landbouwgrond: daar is 25,4 procent in gebruik voor biologische landbouw. Nederland staat in de EU-lijst met 3,9 procent net iets boven Roemenië (3,5%) en Bulgarije (2,3%). Het Europese gemiddelde was in 2020 9,1 procent.
Logatcheva, die onderzoek doet naar agro-industriële ketens voor de Wageningen Universiteit, noemt het niet realistisch dat Nederland het doel van de Europese Unie om in 2030 25 procent biologische landbouwgrond te hebben, gaat halen. "Dat komt door verschillende factoren. De consumptie van biologische producten neemt bijvoorbeeld maar mondjesmaat toe. En er zijn best grote prijsverschillen tussen biologische en gangbare producten."
'Grond duur of niet beschikbaar'
"Daarnaast is in Nederland grond duur of niet beschikbaar", verklaart Logatcheva. "Voor biologische landbouw heb je over het algemeen exponentieel meer grond nodig. En we zijn bovendien te succesvol geworden in gangbare, dus reguliere landbouw, waardoor veel boeren niet overstappen naar biologische landbouw, waar je te maken krijgt met meer kosten."
Volgens LTO krijgen boeren die omschakelen van reguliere naar biologische landbouw te maken met tegenvallende opbrengsten. De vraag blijft achterlopen, terwijl boeren wel willen omschakelen. Daarom heeft de ondernemersorganisatie het ministerie gevraagd meer te investeren.
Volgens akkerbouwer Douwe Monsma, biologische boer en bestuurslid van Biohuis, is er een overheid nodig die meer meedenkt met deze omschakeling. "Boeren willen best, maar het is nodig dat de overheid meer doet om biologische en natuur-inclusieve landbouw mogelijk te maken."
Het Ministerie van Landbouw zegt te zien dat het ingewikkeld voor boeren is om over te schakelen naar biologische landbouw. "Het overschakelen zelf is een investering én het moment dat je je producten biologisch mag noemen duurt ook een tijd en daar moet een boer wel geld voor hebben. We werken aan een biologisch actieplan. Niet alleen aan de productiekant, maar ook aan de marktkant- dus dat vraag en aanbod goed op elkaar zijn afgestemd", aldus een woordvoerster van het ministerie.