Zaak tegen verdachte van neersteken advocaat Zoetermeer moet over

De strafzaak in hoger beroep tegen een man die is veroordeeld voor betrokkenheid bij het neersteken van een advocaat in Zoetermeer moet over, heeft de Hoge Raad bepaald. Het slachtoffer werd in 2017 in haar kantoor met een mes in haar gezicht en hoofd gestoken en raakte daardoor zeer ernstig gewond.

De aanleiding voor de steekpartij is nooit duidelijk geworden. Ook is nooit opgehelderd wie de vrouw daadwerkelijk gestoken heeft en wie de opdracht daartoe heeft gegeven. De steekpartij was na een kort gesprekje over een echtscheiding, schrijft Omroep West.

Het gerechtshof in Den Haag legde de verdachte vorig jaar in hoger beroep negen jaar en tien maanden cel op, voor het medeplegen van een moordpoging. De verdachte mocht dan niet zelf gestoken hebben, maar het hof hield hem en een medeverdachte daar wel verantwoordelijk voor. De twee mannen waren met de onbekend gebleven persoon die heeft gestoken en een chauffeur van Amsterdam naar Zoetermeer gereisd. De veroordeelde ging na de uitspraak door het hof in cassatie bij de Hoge Raad.

Een van de juridische bezwaarpunten die in de cassatieprocedure door zijn advocaat werden aangevoerd ging over 'opzet op de dood', die het hof bewezen had verklaard. Die klacht treft doel, oordeelde de Hoge Raad. Volgens de raad blijkt uit de door het hof vastgestelde feiten wel dat D. contact had met de andere mannen die bij de aanval betrokken waren, maar dat betekent niet dat hij ook zelf 'opzet op de dood' heeft gehad.

Het hof heeft er in zijn uitspraak ook geen nadere overwegingen aan gewijd, aldus de Hoge Raad. Die vindt daarom dat het hof de zaak opnieuw moet behandelen.