Zunderts Club Diana, seksclub bekend van de Tour, sluit na 44 jaar
Nog twee weken en dan is het over en uit voor Club Diana in Zundert. Er komt een eind aan de 44-jarige geschiedenis van de privéclub, in de jaren tachtig in heel Nederland bekend door een wielrennersbus in de Tour de France.
Legaal is er geen geld meer te verdienen in de seksbranche, zegt Ruud Siemons, een van de eigenaren van Club Diana. Klanten zijn er volgens hem genoeg. Die behoefte blijft altijd, meent hij. Maar de vrouwen blijven weg.
Het ontbreekt aan vrouwen die nog belasting willen betalen, zegt Siemons bij BN De Stem. Alles duikt volgens hem de illegaliteit in "omdat dat meer opbrengt of omdat je daar zonder paspoort kunt werken".
Siemons noemt ook de coronacrisis en de gestegen energiekosten als reden voor de sluiting. Doordat alle ruimtes in de club permanent verwarmd en verlicht zijn, zijn de vaste lasten zo hoog dat er "niet tegenop te verdienen valt".
Dubbeldekker met sexy beschildering
Bij Club Diana werken nu, naast het 'gewone' personeel, vijftien vrouwen. Het bedrijf werd in 1978 opgericht als Sauna Diana door het echtpaar Corrie en Frans Siemons, de ouders van Ruud. Op een steenworp afstand van de Belgische grens begonnen ze een club die "ernaar streeft bij te dragen aan het algehele geluksgevoel van haar gasten", aldus de website.
Daarin was Sauna Diana niet uniek; zeker in het grensgebied met België waren en zijn er tal van gelegenheden die seksueel vermaak bieden. Wat Sauna Diana wél uniek maakte, is de uitvinding van de rennersbus. Dat verhaal begon in de jaren tachtig, toen de club de plaatselijke wielervereniging sponsorde.
Frans en Corrie Siemons vonden het vreemd dat renners voor en na afloop van wielerwedstrijden vaak geen fatsoenlijke kleed- en douchegelegenheid ter beschikking hadden. Ze kochten een oude Engelse dubbeldekker, beschilderden de buitenkant met een sexy dame en verbouwden de binnenkant zodat de renners van de Sauna Diana-ploeg ontspannen aan een wedstrijd konden beginnen en na afloop konden douchen.
"Terwijl de profrenners in de jaren tachtig zich nog dubbelgevouwen moesten behelpen in een auto beschikten de coureurs van Zundert al over een heuse wielerbus", is te lezen op de website van de club. "Voordat we het wisten deed onze wielerbus dienst als rennersbus voor profploegen of kopieerde men het concept."
Zo staan er nu op de start- en finishplekken van de Tour de France vandaag de dag talloze, vaak uitermate luxueuze rennersbussen, geparkeerd. Binnen worden de renners gemasseerd,, verzorgd, geïnstrueerd en gefoerageerd. Buiten staan talloze groupies te wachten tot hun helden naar buiten komen.
Professionele wielercarrière
De dubbeldekker van Diana is al jaren niet meer als rennersbus in gebruik. Eigenlijk verwaterde dat al toen de zonen Marc, Ruud en Jan Siemons in de jaren negentig een punt zetten achter hun (professionele) wielercarrière. De bus is tegenwoordig in gebruik als reclameobject. Bij grensovergangen, popfestivals en tal van andere evenementen stond de dubbeldekker plotseling in de berm geparkeerd.
Vorig jaar Kerst ging dat mis: toen stond de voorkant ervan plotseling in brand. "De oorzaak is nog niet duidelijk, vermoedelijk is het opvallende wielermonument in brand gestoken", meldde Omroep Brabant destijds. De schade was aanzienlijk, maar wielerfans én seksclubfans wisten in korte tijd het geld bijeen te brengen om de bus te herstellen.
Reclamemaken met de dubbeldekker kan weer. Maar nu de club sluit hoeft het niet meer.
De geschiedenis van de 'Moeder aller bussen' werd in 2013 gedocumenteerd in het tv-programma Andere Tijden Sport.