Opnieuw minder sportende mensen, 'na coronacrisis nu beweegcrisis'
Vorig jaar sportten opnieuw veel minder mensen, vooral vanwege de twee lockdowns, blijkt uit onderzoek van sportkoepel NOC*NSF. De coronacrisis heeft vooral invloed gehad op het sportgedrag van jongeren (13 t/m 18 jaar).
Sportte in 2019 nog 78 procent van de jeugd maandelijks, een jaar later daalde dat met 10 procentpunt en in 2021 sportte nog 65 procent van de jongeren maandelijks. En dan gaat het niet alleen om binnensporten, dat tijdens lockdowns niet mogelijk was, maar ook om bijvoorbeeld hardlopen.
Bij volwassenen daalde de maandelijkse sportdeelname van 62 procent (2019) naar 60 procent (2020) en 54 procent (2021). "Nederland is door de coronacrisis letterlijk tot stilstand gebracht. We zien een enorme beweegachterstand en verkeren nu in een beweegcrisis", zegt Marc van den Tweel, algemeen directeur van NOC*NSF.
Wandelen
Het aantal mensen dat bleef sporten, deed dat minder vaak. In 2019 sportten ze gemiddeld 9,6 keer per maand, vorig jaar was dit gedaald naar gemiddeld 8,2 keer. De sportdeelname is niet zo laag geweest sinds in 2013 werd begonnen met meten.
Wel schreven zo'n 95.000 mensen zich in bij een sportbond. Het gaat vooral om wandelaars: de Koninklijke Wandel Bond Nederland kreeg er bijna 70.000 leden bij.
"Bij een meerderheid van de sportbonden zijn de ledenaantallen daarentegen afgenomen, met name bij de binnensporten", aldus de sportkoepel.
Minister Helder vindt deze ontwikkeling zorgelijk. "De bonden hebben gezegd dat ze echt willen kijken hoe ze de rest van Nederland in beweging willen krijgen. We moeten het samen doen. Want bewegen is natuurlijk niet een opdracht van de minister van Sport, maar bewegen is iets wat we als samenleving in onze dag moeten zien in te bouwen."