'Elke escalatie maakt ons sterker', zegt vicepremier Oekraïne
Kysia Hekster
Correspondent Europese Unie
Kysia Hekster
Correspondent Europese Unie
Een gespannen indruk maakt Kiev niet. Alle winkels in de Oekraïense hoofdstad zijn open, cafés en restaurants zitten vol, schoolkinderen in sneeuwpakken gaan op excursie bij het uitkijkpunt over de stad. Desgevraagd vertellen mensen zich geen grote zorgen te maken over een militair conflict met Rusland. Maar voorbereidingen treffen ze wel.
"Mijn kinderen hebben een tekening gemaakt, over wat we mee moeten nemen als we weg moeten", vertelt Oleksiy Ryabchyn. Hij vluchtte bijna acht jaar geleden van het oosten van het land naar Kiev. Op de tekening is de taakverdeling duidelijk. Zoon Leo pakt zijn knuffels in, dochter Alika de schildpadden. Moeder Kristina zorgt voor eten en medicijnen. Oleksiy regelt geld en de papieren.
Op de tekening staat als allerbelangrijkste punt genoteerd: 'Niet in paniek raken!':
Ook de Oekraïense regering probeert het hoofd koel te houden. Een diplomatieke uitweg is nog steeds mogelijk, zegt vicepremier Olha Stefanishyna. Maar tegelijkertijd houdt het land er rekening mee dat het mis kan gaan. "Elke escalatie maakt ons sterker", zegt Stefanishyna, die verantwoordelijk is voor relaties van haar land met de Europese Unie en de NAVO. "De afgelopen acht jaar zijn we voorbereid geweest op elk mogelijk scenario, we zullen niet verrast worden."
Mensen zijn bereid hun land en hun familie te verdedigen. Hun recht om onafhankelijk en vrij te zijn.
Al acht jaar woedt er oorlog in het oosten van het land. Dagelijks wordt er geschoten in de zone rond de 'volksrepublieken' Donetsk en Luhansk, die onder controle staan van pro-Russische separatisten. 14.000 doden vielen aan Oekraïense kant in die periode. In die periode is het land veranderd, zegt Stefanishyna.
"Mensen zijn bereid hun land en hun familie te verdedigen. Hun recht om onafhankelijk en vrij te zijn. Veel mensen herinneren zich het Sovjetregime nog. Hoe het is om onder bezetting te leven, hoe tirannie voelt. Toen stierven onze broers, vaders, grootvaders en ooms in gevangenissen. Dat willen we nooit meer meemaken. Oekraïners zijn bereid daarvoor te vechten."
Militaire steun
Oekraïne is volwassener geworden, ziet ze. "Er is een einde gekomen aan het idee dat we zouden moeten kiezen tussen het Westen en Rusland. Die gedachte verdeelt ons al sinds onze onafhankelijkheid. Bij verkiezingen leek het altijd daarover te gaan. Maar nu niet meer. Mensen kiezen nu voor Oekraïne, voor een welvarend en democratisch land. Dat gevoel kan niet meer ondermijnd worden, door wie of wat dan ook."
Volgens Stefanishyna werkt de afschrikking van Rusland door de Amerikanen en de NAVO. Volgende week bezoeken premier Rutte en minister Hoekstra van Buitenlandse Zaken Oekraïne. Voor hen heeft ze een duidelijke boodschap. "We hebben gevraagd om militaire steun. We weten dat de Nederlandse regering daar nu over nadenkt. Maar ik hoop dat we volgende week tot concrete afspraken kunnen komen."
Oleksiy Ryabchyn, die vanuit Oost-Oekraïne naar Kiev vluchtte, zegt dat de Oekraïners niets meer te verliezen hebben: