'Het nieuwe Lampedusa': forse toename migranten in Italiaanse regio Calabrië
Heleen D'Haens
correspondent Italië
Heleen D'Haens
correspondent Italië
"Nummer 106, schoenen!" Geroutineerd leest een medewerker van het Rode Kruis de roepnummers van migranten en de spullen die ze kunnen afhalen. In witte pakken en met gestrekte armen worden die overhandigd.
Het is een routine die hulpverleners in de haven van Roccella Ionica in enkele maanden noodgedwongen hebben opgebouwd. Het dorp ligt aan oostkust van Calabrië, in de teen van de Italiaanse laars. Vorig jaar kwamen nog 2500 migranten aan in de zuidelijke regio, dit jaar zijn dat er zo'n 10.000. Bijna de helft daarvan kwam via de piepkleine haven van Roccella.
Italiaanse media noemen het dorp 'het nieuwe Lampedusa', verwijzend naar het eiland in de Middellandse Zee waar al veel langer tienduizenden migranten per jaar Europa binnenkomen. Het verschil is dat Roccella Ionica daarvoor nauwelijks voorzieningen heeft.
Het leidt tot chaos in de haven, zie je in deze reportage uit het dorp:
"Vorige jaren zagen we hier veel minder schepen. Per schip kwamen maar tachtig tot honderd mensen aan land. Dit jaar zijn het er soms 500 per dag", vertelt Concetta Gioffrè, verantwoordelijke van het Rode Kruis in het gebied. Wat de oorzaak is van die plotse toename, weet ze niet precies. "Eerst zagen we vooral mensen uit Syrië, Irak en Iran. In september en oktober werd het een stroom Afghanen. En de laatste keren waren het allemaal Egyptenaren. We snappen niet goed welke geopolitieke krachten hier spelen."
Het Openbaar Ministerie in Calabrië is bezig met een onderzoek naar de toegenomen migratie via de regio. "We moeten verder gaan dan het onderscheppen van individuele schepen en het arresteren van smokkelaars om het fenomeen te begrijpen", zei openbaar aanklager Giovanni Bombardieri tegen persbureau AP. Hij voegde eraan toe dat ook de mogelijke betrokkenheid van de 'ndrangheta, de Calabrese maffia, onderzocht wordt. Mogelijk werkt die samen met smokkelaars om te verdienen aan de migranten op hun grondgebied.
Schurft en corona
Wat de oorzaken ook zijn, feit is dat het opvangsysteem in Roccella Ionica niet voldoet voor de grote groepen mensen die er de laatste tijd arriveren. Omdat de opvangfaciliteit in het centrum te klein werd, staat sinds oktober een grote tent met 180 veldbedden in de haven.
"We hadden het liever iets gezelliger gemaakt, ook binnen", zegt Concetta Gioffrè. "Maar deze aantallen laten dat niet toe." Van de 250 migranten die er op dit moment verblijven, moeten er nu 140 een bed delen. Zelf vinden ze dat geen probleem, zeggen enkele jongemannen: "Het is hier beter dan in Libië." Maar Gioffrè heeft wel zorgen. "Op dit moment zitten ze nog allemaal samen. We proberen nu mensen te isoleren die last hebben van schurft of die positief testen op corona."
Onvoldoende vrijwilligers
Heel lang moeten de migranten niet in de tent blijven. Volgens de Italiaanse regels zorgt de gemeente waar mensen aankomen voor onderdak, medische hulp en maaltijden tot ze geregistreerd zijn en naar een quarantaineschip worden gebracht. Dat duurt maximaal enkele dagen.
"Het grootste probleem voor ons is dat er sinds 29 juli voortdurend reddingsoperaties geweest zijn", vertelt de burgemeester van Roccella Ionica, Vittorio Zito. Zijn dorp telt maar 6000 inwoners. "Het is duidelijk dat ons systeem met vrijwilligers hier niet voor aangepast is. Die mensen zijn natuurlijk niet elke dag 24 uur beschikbaar om te helpen."
De kosten voor chemische toiletten en maaltijden worden door de regering terugbetaald, maar pas over een jaar. "In 2019 ging dat om 28.000 euro, dat is één ding. Nu zitten we op meer dan een half miljoen euro. Onze begroting heeft niet die capaciteit."
De burgemeester heeft de Italiaanse regering gevraagd om in Roccella Ionica een officieel registratiecentrum op te zetten, zoals bijvoorbeeld op Lampedusa. Dat eiland in de Middellandse Zee gold lange tijd als poort naar Europa. "Met dat verschil dat mensen hier maar enkele dagen zouden blijven, en niet weken of maanden. Daar hebben we hier geen plek voor. Daarna moeten ze door naar andere centra."
De regering overweegt een oud gebouw in het dorp te renoveren en te bemannen met professioneel personeel. Maar zelfs als dat plan doorgaat, duurt het nog zeker anderhalf jaar voor alles klaar is, zegt de burgemeester. "De vraag is nu vooral hoe we de komende periode doorkomen." Want winter of geen winter, een ding weet zeker: "Zodra de zee kalm is, komt er weer een boot aan."