Vrijwilligers willen een nieuwe zoekactie naar vermisten op Waalsdorpervlakte
De vereniging 18 juni heeft toestemming van de provincie Zuid-Holland om te zoeken naar menselijke resten op de Waalsdorpervlakte. Deze oorlogsherdenkingsplaats in Den Haag was tijdens de Tweede Wereldoorlog de fusilladeplaats van het Oranjehotel, de bijnaam van de Scheveningse gevangenis omdat er veel verzetsmensen zaten. Sinds de opgravingen na de bevrijding in 1945 is er nooit meer gezocht.
De vereniging heeft als doel de herinnering aan oorlogsslachtoffers levend te houden. Woordvoerder Jurriaan Wouters: "We willen alles doen om vermisten terug te vinden. We mogen nu met een drone over het terrein vliegen met een nieuw radarsysteem, die grondverstoringen aan het licht kan brengen."
Experimentele opsporingstechniek
De vereniging kan beschikken over een experimentele opsporingstechniek in te zetten, waarmee zichtbaar wordt waar mogelijk een kuil is gegraven. Ook kan de radar hout van botresten onderscheiden.
De vereniging hoopt in februari met de drone te vliegen. "We kunnen in een half uur het gebied in kaart brengen. Als we iets vinden, dan kunnen we met een grondradar verder zoeken. Maar het zal nog wel even duren voor we zekerheid hebben", aldus Wouters.
Op de Waalsdorpervlakte werden tussen 1941 en 1945 meer dan 250 mensen geëxecuteerd. De bezetter wilde de nabestaanden een graf onthouden. Na de bevrijding zijn er 220 lichamen opgegraven, waarvan er ruim twintig nog steeds niet zijn geïdentificeerd. Volgens de Oorlogsgravenstichting zijn er zeker zes, en mogelijk meer, lichamen nooit gevonden.
Voorstander
Annette Oudejan, een nabestaande van zo'n vermiste verzetsstrijder, is voorstander van het initiatief om naar vermisten te zoeken. Haar oudoom Jan Klingen was sinds het begin van de oorlog actief in het verzet. Hij hield zich onder meer bezig met radiocontact met Londen, waar de regering in ballingschap zat. Hij werd opgepakt en in januari 1942 gefusilleerd.
Hierna ging de rest van de familie ook in het verzet. Uiteindelijk werden ook vader Klingen en zuster Tilly door de bezetter vermoord. Broer Leo kwam in 1945 om het leven toen hij probeerde de Maas over te zwemmen om bevrijd gebied te bereiken. Over haar familie heeft Oudejans een boek geschreven: Een familie in verzet.
Ik kan er nu niet overheen lopen zonder de gedachte dat je mogelijk over een onbekend graf loopt.
Oudejans heeft veel empathie met de nabestaanden. Zelf heeft ze gezien dat haar oudtante Joep Klingen, die pas vijf jaar geleden is overleden, op hoge leeftijd nog dna heeft afgestaan om lichamen te kunnen identificeren. "De familie heeft deze vreselijke gebeurtenissen doorleefd en met de hulp van God doorstaan. Maar het verhaal heeft hen hun hele leven niet losgelaten."
Plek van herdenking
Daarom vindt ze het van belang om elke kans aan te grijpen voor een zoektocht naar menselijke resten op de Waalsdorpervlakte. "Het zou een mooie afsluiting zijn als de Waalsdorpervlakte 'schoon' is, als je zeker weet dat daar geen menselijke resten meer liggen. Ik kan er nu niet overheen lopen zonder de gedachte dat je mogelijk over een onbekend graf loopt. Als je zeker weet dat dat niet zo is, kun je er een mooie plek van maken, als wandelgebied en als plek van herdenking."