Daling aantal besmettingen lijkt voorbij, aantal opnames neemt toe
De voorbije week is het aantal positieve coronatesten vrijwel gelijk gebleven aan dat van de zeven dagen daarvoor. Om precies te zijn was er een minieme stijging van 2 procent van 11.760 naar 12.016 meldingen, zegt het RIVM. De week daarvoor ging het nog om een daling van 12 procent.
Ook andere cijfers geven de indruk dat er onderliggend sprake is van voorzichtig stijgende trend. Het percentage positieve testen ging na weken van dalingen weer omhoog van 7,5 naar 8,1. Het reproductiegetal was op 20 september 0.96, hoger dan de 'R' van 0.90 een week eerder. De R op basis van ziekenhuisopnames is zelfs terug op vrijwel 1 (0.99).
Het RIVM vindt het nog te vroeg om conclusies te trekken uit de cijfers; mogelijk kan dat volgens het instituut volgende week wel.
Ziekenhuisbezetting
Hoogstwaarschijnlijk is er geen direct verband met de veranderingen in het beleid van 25 september. Op dat moment werd de 1,5 meter losgelaten, ook in de horeca, die zijn bezoekers wel moest gaan controleren op een vaccinatiebewijs, negatieve test of recent doorgemaakte infectie. Het duurt een week of twee voordat de eventuele effecten van dergelijke maatregelen via infecties in de besmettingscijfers te zien zijn.
Dat geldt nog sterker voor de ziekenhuisopnames, die weer vertraagd reageren op stijgingen van het aantal positieve testen. Opvallend is dat echter ook hier sprake is van een licht verslechterende situatie. Het aantal opnames steeg in de data van het Landelijk Coördinatiecentrum Patiënten Spreiding (LCPS) van 225 naar 282 (+25 procent) en het aantal IC-opnames van 62 naar 65. De ziekenhuisbezetting ging ook omhoog: van 456 naar 483.
Het aantal overledenen liep nog wel verder terug: van 34 naar 29.
Scholen vaker besmettingshaard
In GGD-onderzoek naar de oorzaken van besmettingen lijkt er een effect te zien van de opening van de scholen vanaf het einde van de zomer. Het aandeel van scholen en de kinderopvang bij de infecties is de afgelopen twee maanden duidelijk gestegen naar 14,8 procent afgelopen week en 17,5 procent in de week daarvoor. Ook worden vaker feestjes en werksituaties als haard aangemerkt.