Baanwielrensters rijden wereldrecord bij EK, Oranje-mannen ook snel
De Nederlandse sprintteams zijn goed begonnen aan de EK wielrennen in het Zwitserse Grenchen. Zowel de vrouwen als de mannen noteerden in de kwalificatie de snelste tijd.
De vrouwen komen tegenwoordig niet meer als duo maar met z'n drieën de baan op, zoals bij de mannen altijd al het geval was. Het trio Shanne Braspennincx, Kyra Lamberink en Steffie van der Peet was goed voor een tijd van 46,759, wat meteen als wereldrecord in de boeken verdween.
Het oude was sinds de EK van 2020, waar Nederland niet meedeed, in handen van de Russische ploeg, die nu in de kwalificatie een halve seconde langzamer was dan de Oranje-vrouwen. Duitsland volgde op 0,768 seconde.
Olympisch kampioenen
Bij de mannen werden de olympisch kampioenen Roy van den Berg en Harrie Lavreysen in de kwalificatie vergezeld door Sam Ligtlee. Met hun 43,037 waren ze 0,422 seconde sneller dan Frankrijk en 0,769 dan het Russische drietal.
In het begin van de avond wordt in beide categorieën de eerste ronde afgewerkt met kort daarop ook de races om de medailles.
Mylene de Zoete, Lonneke Uneken, Marit Raaijmakers, Daniek Hengeveld gingen als eersten van start in de kwalificatie ploegenachtervolging. Hun 4.24,309 bleek in het veld van negen ploegen uiteindelijk de vierde tijd te zijn.
Duitsland, met de olympisch kampioenen Franziska Brausse en Mieke Kröger, was ruim vijfeneenhalf seconden sneller dan het Oranje-kwartet. Italië hoefde slechts 0,256 toe te geven.
Morgen is de eerste ronde, waarin Nederland het moet opnemen tegen Duitsland. De winnaar gaat door naar de finale, de verliezer mag afhankelijk van de gereden tijd nog strijden om brons.