Bevrijde Heemskerk ziet zesde plek op 100 vrij als overwinning
Zeventien jaar lang moest Femke Heemskerk wachten op dat ene moment: de eerste individuele olympische finale uit haar loopbaan. Zonder al te hooggespannen verwachting zette de 33-jarige zwemster zich in het Tokyo Aquatics Centre schrap voor de eindstrijd van de 100 meter vrije slag. In Japan bleek de zesde plaats het hoogst haalbare: 52,79.
Het goud ging naar de Australische Emma McKeon (51,96). Ze was te snel voor Siobhan Haughey uit Hongkong (52,27) en haar landgenote Cate Campbell (52,52).
Heemskerk zwom haar snelste tijd sinds 2015. Het was het jaar waarin ze fier de wereldranglijst aanvoerde en het Nederlands record op 52,69 bepaalde. Met haar 52,79 van vrijdag zou ze vijf jaar geleden, tijdens de Olympische Spelen van Rio de Janeiro, een bronzen medaille in de wacht hebben gesleept achter de gedeelde winnaars Simone Manuel en Penny Oleksiak, die in Brazilië aantikten in 52,70.
Boodschap
In de catacomben van het Tokyo Aquatic Centre roemde Heemskerk haar zesde plaats. "Dit is een overwinning op mezelf", klonk het. Ze was blij dat ze vanuit Japan een boodschap kon uitdragen. "Wanneer je nooit opgeeft, kan daar iets moois uitkomen."
Heemskerk gold jarenlang als een individuele topsporter die het best gedijde in de schaduw van ploeggenoten. Een twijfelaar die sinds haar internationale debuut, tijdens de WK van 2005 in Montréal, uitgroeide ze tot de aanjager van de estafetteploeg op de 4 x 100 vrij.
In olympisch Peking boekte ze in 2008, samen met Inge Dekker, Ranomi Kromowidjojo en Marleen Veldhuis, een historische overwinning. Vier jaar later, in Londen, moesten de titelverdedigers genoegen nemen met de tweede plaats. Met het wegvallen van Dekker en Veldhuis kwam een einde aan de hegemonie. Zowel tijdens Rio 2016 als Tokio 2020 viel de ondankbare vierde plaats het Nederlandse kwartet ten deel.
Op haar vierde en vermoedelijk laatste Olympische Spelen slaagde ze er eindelijk in individueel te ontbolsteren. Met haar stoïcijnse coach Marcel Wouda als baken van rust in de nabijheid hield ze in Japan het hoofd koel.
"Ik slaag erin mijn beste race te zwemmen in de finale. Ik heb er het maximale uitgehaald, de rest was gewoon beter. Van tevoren wist ik dat er geluk nodig was om op het podium te komen."
Heemskerk maakte, zoals het betaamt, een alles-of-niets-race van de finale. In de halve eindstrijd keerde ze nog enigszins berekenend in 25,55, ditmaal noteerde ze na de eerste baan 25,26. "Het was het vooraf bepaalde plan om gedurfd af te gaan. Het verliep zoals van tevoren uitgedacht. Alleen jammer dat het keerpunt niet helemaal goed liep."
Vrij in hoofd en lijf
Met het eindresultaat, de tweede tijd die ze ooit zwom, kon ze meer dan tevreden zijn. Maar vele malen belangrijker nog dan haar race noemde ze de constatering dat ze eindelijk vrij voelde. "Zowel in mijn hoofd als mijn lijf."
Ze had intens genoten toen ze in de voorstartruimte, waar de acht finalisten zich voor de race verzamelen, hoorde hoe de speaker tekeer ging. "Die aankondiging was geweldig. 'Ladies and gentlemen... The final of the one hundred meter freestyle women!' Die woorden maakten enorme emoties in me los."
Heemskerk voelde zich bevoorrecht dat ze dit op haar vierde en vermoedelijk laatste Olympische Spelen nog mocht meemaken. Ze genoot, eindelijk, van start tot finish.
De zesde plaats voelde als een overwinning, klonk het als een mantra. "Het was leuk geweest om hier een Nederlands record te zwemmen of een bronzen medaille te behalen. Maar dat geldt eigenlijk alleen voor de buitenwereld. Voor mij was dit een overwinning op mezelf. En dat is het allerbelangrijkste."