Ministerie mocht Nederlandse nationaliteit Syriëgangers afpakken
Zes Syriëgangers hebben terecht hun Nederlandse nationaliteit verloren, oordeelt de Raad van State. Het ministerie van Justitie heeft volgens de hoogste rechter voldoende aangetoond dat de zes lid waren van terreurorganisatie Islamitische Staat.
Staatssecretaris Harbers nam de vier mannen en twee vrouwen in 2017 en 2018 hun Nederlandse paspoort af, omdat ze zich hadden aangesloten bij IS of een andere extremistische organisatie. Dat was sinds 2017 wettelijk mogelijk, zolang iemand niet stateloos zou worden. Omdat alle zes personen ook de Marokkaanse nationaliteit hebben, kon de Nederlandse worden ingetrokken.
Volgens de Raad van State heeft het ministerie bovendien voldoende bewezen dat de zes lid waren van een verboden organisatie. Zo zijn drie van hen daar bij verstek voor veroordeeld. Hoewel de drie anderen nog niet veroordeeld zijn, is in hun geval voor de Raad van State een 'individueel ambtsbericht' van de AIVD voldoende: daaruit bleek dat de personen zich hadden aangesloten bij terreurgroepen.
Op de vingers getikt
De Raad van State had het ministerie in 2019 in twee andere zaken nog op de vingers getikt, omdat er onvoldoende was bewezen dat de gestrafte Syriëgangers op dat moment nog lid waren van een terreurorganisatie. Dat was nodig omdat een nieuwe wet niet met terugwerkende kracht kan gelden.
Enkele jaren daarvoor kregen al zeker zeven Syriëgangers hun paspoorten terug omdat de organisaties waarvan ze lid waren geworden, niet op de terrorismelijst stonden toen hun paspoort werd ingetrokken. "Intrekking van het Nederlanderschap is een zware maatregel met ernstige gevolgen. Dat mag dus niet lichtvaardig gebeuren", benadrukt ook nu weer een woordvoerder van de Raad van State.
Uit een evaluatie uit december blijkt dat justitie deze procedure in totaal 21 keer is begonnen. Daardoor zijn nu elf mensen definitief hun Nederlandse paspoort kwijt. In totaal schat de AIVD dat er ongeveer 300 Nederlanders naar Syrië zijn gereisd voor de jihad, van wie een derde vrouw. Circa 65 van hen zijn teruggekeerd naar ons land, het merendeel in 2013 en 2014.