Aranburu wint etappe twee in Baskenland, Roglic blijft leider
De tweede etappe van de Ronde van het Baskenland is een prooi geworden voor Alex Aranburu. De 25-jarige Bask kwam na de 155 kilometer van Salla naar Sestao solo over de streep.
Behalve de ritzege, de eerste voor Astana dit seizoen, leek de tien kilometer lange vlucht hem ook de gele leiderstrui op te leveren, maar van de veertig seconden voorsprong die hij wist op te bouwen, hield hij uiteindelijk net te weinig over om Primoz Roglic te onttronen.
Een kopgroep van zeven man, onder wie Martijn Tusveld van DSM, wist zich in de levendige beginfase van de etappe los te maken van het peloton. Het septet werd op het op-en-af-parcours een kleine vier minuten voorsprong gegund.
Nog voor de voet van La Asturiana was bereikt, een berg van de tweede categorie met de top op 14 kilometer van de finish, ging Wilco Kelderman onderuit. De Bora-coureur kon echter met de hulp van een ploeggenoot bijtijds terugkeren in het peloton.
Terwijl de meute de kopgroep naderde, liet Oscar Cabedo al snel in de beklimming van La Asturiana - 7,6 kilometer met een gemiddeld stijgingspercentage van 6,2 - zijn medevluchters de hielen zien.
Lang duurde de dappere poging van de Spanjaard niet. David Gaudu en Tadej Pogacar waren de eersten die hem bij de kladden grepen. Het duo sloeg meteen een kleine gaatje, maar de klassementsrenners in het peloton toonden zich alert.
Aanval Schachmann
Maximilian Schachmann was de volgende die een aanval plaatste en hij kreeg niemand minder dan geletruidrager Roglic mee. Ook nummer twee Brandon McNulty en Sergio Higuita pikten aan bij de winnaar van Parijs-Nice. Gevieren begonnen ze aan de afdaling, maar het kwartet kon een hergroepering niet voorkomen.
Op 10 kilometer van de meet demarreerde Alex Aranburu, de nummer negen van de tijdrit van Paasmaandag. De Baskische Astana-renner, die met 30 seconden achterstand op Roglic aan de etappe was begonnen, wist geholpen door afstopwerk van een aantal ploeggenoten vlot een ruime voorsprong te nemen, tot maar liefst 40 tellen aan toe.
Achter hem werd in de omhoog leidende slotkilometer flink doorgereden, waardoor Aranburu op de streep - inclusief de tien bonusseconden - net te weinig marge overhield om de leiderstrui van Roglic over te nemen. De Sloveen kwam op vijftien tellen als zesde over de finish.
Omar Fraile, ploeggenoot van ritwinnaar Aranburu, sprintte naar de tweede plaats, Pogacar eindigde als derde.