Meeste mensen hebben vertrouwen in de verkiezingen, enig wantrouwen is 'van alle tijden'
De meeste mensen hebben vertrouwen in een eerlijk verloop van de verkiezingen, blijkt uit onderzoek van Ipsos in opdracht van de NOS. Maar onder sommige groepen is het wantrouwen groot, onder meer bij niet-stemmers en FvD-stemmers. Wantrouwen in de verkiezingen is niet nieuw, zeggen deskundigen.
68 procent van alle Nederlanders denkt dat de verkiezingen eerlijk verlopen. Slechts 10 procent denkt dat de stembusgang oneerlijk is verlopen. Het onderzoek werd afgenomen voordat de verkiezingsuitslag bekend was.
Mensen die niet gingen stemmen, hebben veel minder vertrouwen in eerlijke verkiezingen, dan de Nederlanders die afgelopen woensdag wél naar de stembus gingen.
Ook tussen partijen zijn er verschillen. Zo hebben ChristenUnie-stemmers bijzonder veel vertrouwen in de verkiezingen, terwijl dat bij FvD-stemmers heel anders ligt. Slechts een op de vier stemmers op die partij denkt dat de verkiezingen eerlijk zullen verlopen; meer dan de helft is ervan overtuigd dat de stembusgang niet eerlijk verloopt.
Bij geen enkele andere partij is het wantrouwen groter. "Dat is geen verrassing, want juist bij die partij zie je ook wantrouwen richting de overheid", zegt Leonie de Jonge, die onderzoek doet naar populisme.
Ook hoogleraar staatsrecht Wim Voermans vindt de resultaten niet verbazingwekkend. "Dit is van alle tijden. Vroeger waren het extreemlinkse partijen waar weinig vertrouwen in de democratie en het kapitalistische systeem was", aldus Voermans. "Je ziet dat een redelijk constante groep van een kwart geen vertrouwen in de democratie heeft."
Bovendien waren het vreemde verkiezingen, over meerdere dagen verspreid, met extra stemmogelijkheden en ook nog eens tijdens een pandemie. "Dan vind ik 68 procent vertrouwen in eerlijke verkiezingen nog best wel veel."
Dat een deel van de bevolking de verkiezingen niet vertrouwt, vindt Voermans niet gevaarlijk. "Zeker als mensen dat gevoel ook kwijt kunnen in een stem op een partij. Het is veel gevaarlijker als dat gevoel ondergronds gaat en mensen niet meer stemmen."
Het vertrouwen in stemmen per post, dat dit jaar voor het eerst ook in binnen Nederland mogelijk was, is beduidend minder dan het vertrouwen in stemmen in het reguliere stemhokje. Bij voorgaande verkiezingen konden alleen Nederlanders in het buitenland per post stemmen, maar door de pandemie mochten ouderen in Nederland ook op die manier hun stem uitbrengen.
Waar 87 procent van de ondervraagden denkt dat het stemhokje een betrouwbare manier om te stemmen is, vertrouwt slechts 65 procent de methode van briefstemmen. Ook in het stemmen via machtigingen, dat dit jaar op grotere schaal mogelijk was, is minder vertrouwen. Het stemmen op meerdere dagen, om zo kwetsbare groepen rustiger te laten stemmen, wordt iets minder dan de reguliere eendaagse stembusgang vertrouwd.
Goed georganiseerd
De Nederlandse verkiezingen zijn overigens betrouwbaar. De OVSE, die verkiezingen wereldwijd monitort, oordeelde in 2017 dat de Nederlandse verkiezingen goed georganiseerd zijn, al zijn er nog wel wat verbeterpunten. Zo kunnen klachtenprocedures beter en zouden mensen bij de rechter in beroep moeten kunnen gaan tegen een verkiezingsuitslag.
Ook gaat er soms wat mis bij het tellen van de stemmen. Voermans: "We gebruiken geen stemcomputers maar papieren biljetten, dat is onnauwkeuriger en zorgt voor telfouten."
Overigens zijn stemcomputers niet per se een verbetering: daarbij kunnen hackers inbreken en stemmen beïnvloeden. Dat is zelfs nu een gevaar: de stemmen worden weliswaar op papier uitgebracht, maar geteld met software.
In 2017 stelde ethisch hacker Sijmen Ruwhof vast dat die stemmentelsoftware vol gaten zat en vervangen moest worden. Dat is inmiddels gebeurd en er zijn extra waarborgen toegevoegd: zo worden er extra steekproeven gehouden om fouten op te sporen. Ook moeten de gemeenten de processen-verbaal van stembureaus optellen; wie de uitslag niet vertrouwt, kan hem zelf natellen.
Er kunnen desondanks nog steeds dingen beter, stelt Ruwhof. "De verkiezingen zijn een stuk veiliger en transparanter dan vier jaar geleden, maar wat mij betreft mogen bijvoorbeeld de steekproeven groter."
Ook hoogleraar Voermans heeft vertrouwen in het verloop van de verkiezingen. "Ze zijn niet foutloos, maar wel betrouwbaar."