Na maanden spelen voor lege tribunes vanwege de coronamaatregelen, mag eerstedivisieclub NEC op zondag 21 februari weer fans toelaten. Bij de thuiswedstrijd tegen De Graafschap zullen 1.500 seizoenkaarthouders op de tribune zitten. Het wordt de eerste wedstrijd in het betaalde voetbal met publiek sinds eind september.
NEC doet net als Almere City FC mee aan de zogeheten fieldlabs, praktijktests in de evenementensector om inzicht en data te vergaren rondom het verlagen van de besmettingsrisico's.
Het doel is om zo snel mogelijk op een verantwoorde wijze weer publiek toe te laten bij evenementen. In eerste instantie zouden NEC en Almere City al deze maand een proef met supporters in hun stadions doen. Het kabinet gaf daar, vooral door de onzekerheid rond de Britse virusmutant, toen geen toestemming voor.
Directeur Wilco van Schaik van NEC legde bij de aankondiging van de proef uit hoe de stadionproef met publiek zal gaan.
De voetbalfans die deelnemen aan het experiment moeten maximaal twee dagen voorafgaand aan de wedstrijd een PCR-test laten doen. Bij een negatief resultaat mogen ze het stadion in. Vijf dagen na het duel worden ze nogmaals getest.
In de bubbels worden diverse tests uitgevoerd. Zo dragen supporters in het ene vak een mondkapje en in het andere vak niet. In bepaalde vakken mogen de toeschouwers ook zingen en schreeuwen. Ook mogen sommige fans naast elkaar zitten, in plaats van met de verplichte 1,5 meter tussen hen in.
Een week later dan NEC zijn er ook 1.500 seizoenkaarthouders welkom op de tribune bij Almere City. Dan speelt de huidige nummer twee van de Keuken Kampioen Divisie thuis tegen koploper SC Cambuur.
