Maartje Geels
redacteur Online
Maartje Geels
redacteur Online
"Niemand kan me wijsmaken dat als het een groep Black Lives Matter-aanhangers was geweest, zij niet heel anders waren behandeld dan de menigte die het Capitool bestormde." Met deze woorden reageerde aankomend president Joe Biden op de bestorming van het Capitool afgelopen woensdag.
Het is een veelgehoorde vergelijking de afgelopen dagen: waarom rukte er voor een Black Lives Matter-demonstratie deze zomer in Washington een grote politiemacht uit, maar bleven agenten afgelopen week in Washington aanvankelijk op de achtergrond?
"Zwarte Amerikanen hadden dit nooit kunnen doen. Zij waren al tegengehouden voor ze één voet op het bordes hadden gezet", zegt Jennifer Tosch. Ze is oprichter van de Black Heritage Tours in New York en Amsterdam en is zelf half-Amerikaans.
Tosch volgde de bestorming van het Capitool vanuit Californië en had de afgelopen dagen veel contact met zwarte Amerikaanse kennissen en vrienden. De gebeurtenissen van afgelopen woensdag laten volgens haar zien hoe ongelijk de Amerikaanse samenleving is.
"De Black Lives Matter-demonstranten konden in juni niet tot aan het Capitool komen, er was zoveel politie op de been. En deze groep dringt het hart van de democratie binnen en wordt niet gearresteerd."
Tosch' observaties vinden weerklank bij meer Amerikanen, onder wie voormalig first lady Michelle Obama. Het verschil in de reacties van de autoriteiten noemde zij op sociale media "heel pijnlijk". Mitchell Esajas, oprichter van The Black Archives in Amsterdam, deelt dat gevoel. "Voor veel zwarte Amerikanen laat dit zien dat er twee Amerika's zijn: een met regels voor ons, en een Amerika voor hen."
Esajas volgde in 2016 een zomerschoolprogramma in de Verenigde Staten en nam in die tijd deel aan een Black Lives Matter-demonstratie in Atlanta. Ook toen viel hem de grote politiemacht op: "Het leek alsof er een heel leger van agenten met automatische wapens op de been was."
Zo'n zelfde politiemacht stond woensdag niet paraat. Tosch denkt dat dat komt doordat de autoriteiten de groep overwegend witte conservatieven niet als gevaar zagen. Bij het Black Lives Matter-protest in Washington op 1 juni waren 5000 leden van de Nationale Garde op de been, nu waren ze in eerste instantie nergens te bekennen.
De Amerikaanse tak van de Black Lives Matter-beweging ziet in beide politieoptredens een vorm van hypocrisie. "Als zwarte mensen demonstreren, worden ze opgewacht door troepen van de Nationale Garde met geweren, traangas en helmen. Wanneer witte mensen een couppoging doen, is er veel te weinig politiepersoneel op de been. Dat doet voorkomen alsof zij niet kunnen ingrijpen."
Zowel Tosch als Esajas noemt de gebeurtenissen van woensdag schokkend, maar geen van hen is verrast. Aan de basis van de bestorming van woensdag ligt volgens beiden een gevoel van witte suprematie ten grondslag: het idee dat witte mensen het uiteindelijk voor het zeggen horen te hebben. Esajas ziet dat zulke gevoelens ook in Nederland leven.
Dat sentiment bestaat al veel langer in de Amerikaanse samenleving, zegt Tosch, maar president Trump gaf die gevoelens een stem. Tosch: "Ineens was er de president van de free world die tegen groepen met zulke denkbeelden zei: ik zie jullie en waardeer jullie. Daardoor durfden zij zich te laten zien."
Zwarte dag
Trump-aanhangers wijzen juist op de plunderingen van winkels die afgelopen zomer tijdens de BLM-demonstraties plaatsvonden. Zij beschouwen die vernielingen als veel ernstiger dan de taferelen uit het Capitool, die zij als daad van patriottisme zien.
De gebeurtenissen van woensdag zullen uiteindelijk toch door de meeste Amerikanen herinnerd worden als een zwarte dag in de Amerikaanse geschiedenis, zegt Tosch. Ze is optimistisch over de komst van Biden, al zal volgens haar daarmee de ongelijkheid niet uit Amerika verdwijnen. "Maar hij stelt een divers kabinet samen en probeert de structurele ongelijkheid zo aan te pakken. Dat is al heel wat."
In deze video zie je een samenvatting van de avond en nacht dat het Capitool bestormd werd: