FIFA doet aangifte tegen oud-voorzitter Blatter vanwege hoge kosten museum
De FIFA heeft aangifte gedaan tegen onder anderen oud-voorzitter Sepp Blatter in verband met de kosten van 500 miljoen Zwitserse franc (461 miljoen euro) van het FIFA-museum, dat in 2016 werd geopend in Zürich.
Volgens de wereldvoetbalbond is er een vermoeden van "crimineel mismanagement door het voormalig bestuur en bedrijven die door dat bestuur zijn aangesteld" rond de renovatie van het pand in de Zwitserse stad.
Het FIFA-bestuur betaalde voor de opknapwerkzaamheden ongeveer 130 miljoen euro. Daarnaast werd tegen een tarief boven de marktprijzen een langdurige huurovereenkomst afgesloten, die de bond tot 2045 ruim 330 miljoen gaat kosten.
In de aanklacht wordt gerept van directe betrokkenheid van Blatter. Het museum was een prestigeproject voor de Zwitser, die van 1998 tot 2015 FIFA-voorzitter was.
'Onderzoek is nodig'
"Gezien de enorme kosten van dit museum en de algemene manier van werken van het vorige FIFA-bestuur, is er een forensisch onderzoek uitgevoerd om erachter te komen wat er precies is gebeurd", verklaarde Alasdair Bell, vice-secretaris-generaal van de FIFA.
Bell: "Uit het onderzoek kwamen wijdverbreide verdachte omstandigheden en managementfouten naar voren, waarvan sommige vermoedelijk crimineel zijn. Daarom moet alles grondig worden onderzocht door de relevante autoriteiten."
Blatter ontkent
De advocaat van de nu 84-jarige Blatter ontkent de aantijgingen. "De aanklacht is ongegrond en wordt ten sterkste verworpen", aldus Lorenz Erni in een verklaring.
Blatter zit sinds 2015 een schorsing uit van zes jaar, waarin hij niet actief mag zijn in de voetballerij. Hij kreeg deze straf voor een dubieuze betaling van 1,8 miljoen euro in 2011 aan toenmalig UEFA-voorzitter Michel Platini.
Naar een lening van 1 miljoen aan de voetbalbond van Trinidad en Tobago in 2010 loopt in Zwitserland een onderzoek. Het bedrag zou door Blatter en consorten zonder duidelijke reden zijn overgemaakt.
