Onderhandelingen over visquota in de schaduw van brexit
Vandaag en morgen onderhandelen de lidstaten van de EU in Brussel over de verdeling van de visquota voor komend jaar. Het zijn bijzondere onderhandelingen, omdat nog niet duidelijk is hoeveel vis Europese vissers mogen vangen in Britse wateren. Vooral Nederlandse vissers vangen daar een groot deel van hun vis.
De jaarlijkse afspraken over de verdeling van de visquota over de verschillende landen gelden bij wijze van uitzondering maar voor drie maanden. Zolang er onduidelijkheid bestaat over de vraag of en de mate waarin er na 1 januari gevist kan worden in de wateren van het Verenigd Koninkrijk heeft het geen zin om langer vooruit te kijken.
Eventuele afspraken over de wederzijdse vangstrechten tussen het VK en de EU zijn onderdeel van de gesprekken over een nieuwe handelsrelatie na de brexit. Het gaat daarin onder meer over de vraag in hoeverre vissers uit de EU toegang hebben tot de 'exclusieve economische zone' van het VK en hoeveel vis ze daar mogen vangen. De exclusieve economische zone is een strook van 370 kilometer voor de kust van een land waarin dat land recht heeft op de aanwezige vis en grondstoffen.
Ook met Noorwegen, geen lid van de Europese Unie, zijn de jaarlijkse onderhandelingen nog niet afgerond. Met name in en rond de Noordzee heerst dus nog veel onduidelijkheid.
No-deal-brexit
Voor een aantal vissoorten ligt het voorstel op tafel om na 1 januari de quota voor dit jaar door te trekken naar het nieuwe jaar totdat de onderhandelingen met het VK en Noorwegen zijn afgerond. In dat geval zijn de gevolgen voor Nederlandse vissers vooralsnog beperkt.
Anders wordt het wanneer als gevolg van een nieuwe handelsovereenkomst of door een no-deal-brexit de vangstrechten van Europese vissers in Britse wateren grotendeels of geheel vervallen. In dat geval wordt de Nederlandse visserij zwaar getroffen. Nederlandse vissers vangen 60 procent van de vis in de exclusieve economische zone van het VK.
Overbevissing
Als Nederlandse en andere vissers uit de EU geen of minder toegang meer hebben tot Britse vis, dreigt volgens een betrokken diplomaat overbevissing in de kustwateren van de EU. Meer vissers zullen dan in een beperkter gebied genoeg vis willen vangen om van rond te kunnen komen.
Maar dat betekent niet dat Nederland voor de komende drie maanden al vraagt om meer vangstrechten voor de kust van andere EU-lidstaten. Eerst wordt de uitkomst van de brexit-onderhandelingen afgewacht. De echt spannende en voor Nederland misschien moeilijke onderhandelingen over visquota beginnen daarna.