Filmpje in zaak-martelcontainer moet laten zien dat verdachte deugt
Een belangrijke verdachte in de zaak van de 'martelcontainer' in Wouwse Plantage heeft in de rechtszaal een filmpje laten zien, waaruit moet blijken dat hij geen keiharde crimineel, maar een succesvolle artdirector en bedenker van een fitnessconcept is.
"Wie is Robin?", was de titel van het tien minuten durende filmpje dat de advocaat van verdachte Robin van O. aan de rechters in Amsterdam-Osdorp liet zien.
Van O. vindt dat er in de media karaktermoord op hem is gepleegd. Zijn advocaat probeerde dat bij te stellen door in het filmpje baby- en jeugdfoto's van Van O. te laten zien en in een voice-over over de carrière van Van O. te vertellen.
De portee van de video is dat er eigenlijk niets mis is met de verdachte. Deze vorm van bewijsvoering was nieuw voor alle aanwezigen in de rechtszaal, zegt verslaggever Mattijs van de Wiel.
Aan lot overgelaten
Van O. zou in 2018 een waarschuwing hebben gekregen dat hij op een dodenlijst stond. Hij zegt dat de politie hem daarna aan zijn lot overliet, zodat hij contacten in het criminele circuit moest raadplegen om degenen die het op hem hadden voorzien een stap voor te zijn. "Een beetje Amerikaans, geef ik direct toe", zei Van O.'s advocaat Sanne Schuurman over het filmpje.
Van O. en zijn raadsman vinden dat de media zich door de "pr-afdeling" van het Openbaar Ministerie laten leiden. Politie en justitie zouden daarbij de beelden hebben ingezet van de inval in de loodsen waar de martelcontainer werd gevonden.
Volgens het OM was Van O. de aannemer van dat project en in opdracht van de van cocaïnehandel verdachte Roger P., alias Piet Costa, hebben gehandeld.
De verdachten zouden het plan hebben gehad om in de loodsen in Wouwse Plantage ontvoerde criminele vijanden op te sluiten. Een container die daar in juli werd gevonden, was ingericht als martelkamer, met een tandartsstoel waarop slachtoffers konden worden vastgebonden.
Bekijk hier hoe het er in de container uitzag:
Het OM wil voorlopig geen namen noemen van slachtoffers die de verdachten op het oog zouden hebben gehad. "Dat heeft alles te maken met veiligheid", zei de officier van justitie op de tussentijdse zitting tegen tien verdachten.
Vermoeden van dodenlijst
Het OM spreekt berichten in de media tegen dat de politie over een dodenlijst beschikt die in de onderwereld circuleert. Er is wel een vermoeden dat zo'n lijst bestaat en dat er in onderwereldkringen waarin de verdachten verkeren een hooglopend conflict over geld is.
De verdachten doen er tot dusver het zwijgen toe. Justitie beschikt over een grote hoeveelheid belastend materiaal in de vorm van zwaar versleutelde sms-berichten tussen de verdachten en stelt dat het bewijs steeds steviger wordt. Door een internationale justitiële hack van de dienst waarmee die berichten zijn verstuurd, EncroChat, kon de recherche deze berichten een tijdlang live meelezen.