Cliteurs Leidse afdeling: 'conservatieve kraamkamer' en 'vrijplaats voor debat'
Na berichten over antisemitische en racistische uitlatingen die Thierry Baudet zou hebben gedaan, ligt ook Paul Cliteur onder vuur. De Leidse hoogleraar, bij wie de voormalige Forum voor Democratie-leider promoveerde, zou door de jaren heen meerdere malen zijn gewezen op de bedenkelijke uitspraken van Baudet. Maar Cliteur negeerde die signalen, schreef Geenstijl.
Nu komt er een onderzoek naar "de gegrondheid van beschuldigingen van antisemitisme binnen een afdeling van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid", zo maakte de Universiteit Leiden gisteren bekend. Meer informatie deelt de universiteit niet, ook niet om welke afdeling het officieel gaat. Maar duidelijk is dat het de afdeling van Cliteur betreft.
In afwachting van dat onderzoek mogen de betrokkenen niet reageren. Paul Cliteur wil daarom niet op de verwijten in gaan. Decaan Joanne van der Leun van de faculteit Rechtsgeleerdheid verwijst naar de woordvoering van het college van bestuur.
Geerten Waling, historicus en verbonden aan de Universiteit Leiden, kent de afdeling goed. Hij heeft samengewerkt met een aantal medewerkers van de afdeling. Waling noemt het onderzoek "zeer kwalijk". Volgens hem wordt nu "een hele afdeling verdacht gemaakt".
"Een vermoeden van antisemitisme is voldoende om jarenlang gestigmatiseerd te worden", zegt Waling. "Ik heb daar genoeg rondgelopen om te weten dat Cliteur of anderen van de afdeling zich nooit schuldig hebben gemaakt aan antisemitisme."
Amerikaanse leest
Volgens politicoloog Merijn Oudenampsen van de Universiteit van Amsterdam, die promoveerde met onderzoek naar conservatisme in Nederland, is de afdeling een soort kraamkamer van het Nederlandse conservatieve gedachtengoed: "Zonder hen zou er nu weinig van het conservatisme over zijn in Nederland."
De afdeling Encyclopedie van de Rechtswetenschap van Cliteur is een vreemde eend in de Nederlandse universiteitsbijt, zegt Oudenampsen: "De universiteit wordt daar gebruikt om politiek te bedrijven. Cliteur verzamelt medewerkers en promovendi om zich heen die dezelfde onderwerpen belangrijk vinden als hij: nationalisme, immigratie en multiculturalisme. Aan Amerikaanse universiteiten is dat veel gebruikelijker."
Geerten Waling denkt er anders over: "De afdeling van Cliteur bedrijft normatieve rechtswetenschap. Waar anderen analyses maken van hoe het recht functioneert, kijken zij naar hoe het recht zou moeten functioneren. En daarbij schuwen ze gevoelige thema's als religieus terrorisme en censuur niet."
Er lopen diverse mensen rond, van VVD'ers tot GroenLinksers.
Weekblad Elsevier sprak in 2017 van 'het klasje van Cliteur'. Naast Cliteur werken bijvoorbeeld ook de conservatieve hoogleraren Andreas Kinneging en Afshin Ellian aan de Universiteit Leiden. Meerdere jonge liberale en conservatieve denkers zoals Eva Vlaardingerbroek en Bastiaan Rijpkema hebben aan de universiteit gestudeerd of zijn bij Cliteur gepromoveerd.
Columnisten en opiniemakers kwamen in de afgelopen jaren met minder vleiende omschrijvingen, zoals 'boreale broedplaats' en 'Leids radicaliseringsbolwerk'. Voor de opkomst van Forum voor Democratie en Baudets radicalisme werd de basis gelegd aan Cliteurs afdeling in Leiden, stellen zijn critici.
Te kort door de bocht, vindt Waling: "Er lopen hele diverse mensen rond op die afdeling. VVD'ers, GroenLinksers. Ik zou het niet conservatief willen noemen, maar liberaal. Het vrije debat wordt daar gevoerd, waardoor studenten leren argumenteren. Als iemand een links-feministische scriptie in zou leveren bij Cliteur, zou die ook een hoog cijfer krijgen als het onderzoek goed beargumenteerd is."
Thierry Baudet zei zich de antisemitische uitspraken waarvan hij wordt beschuldigd "absoluut niet te kunnen herinneren":
Vanaf het begin van zijn carrière was Cliteur duidelijk conservatief, stelt politicoloog Merijn Oudenampsen: "In zijn proefschrift Conservatisme en cultuurrecht uit 1989 schetst hij hoe culturen kunnen evolueren en daarbij waarden ontwikkelen die superieur zijn aan andere culturen. Volgens hem heeft de evolutie van de westerse cultuur mensenrechten opgeleverd."
Die cultuur zou nu onder druk staan. Van krachten van binnenuit - de links-progressieve generatie van 1968 die de universiteit en media zou hebben overgenomen - en van buitenaf; met name door de islam.
Cultuurmarxisten
In dat gedachtengoed vond Cliteur later Thierry Baudet: "Het idee dat de westerse cultuur onder druk staat is iets wat Baudet ook vindt." Het vijandsbeeld wordt door hen nu met name opgehangen aan "de cultuurmarxisten", zegt Oudenampsen.
Voor antisemitisme in Cliteurs werk en dat van zijn collega's van de afdeling is geen bewijs. Maar de stap van het creëren van vijanden die 'onze cultuur' van binnen en van buiten willen vernietigen naar antisemitische theorieën is volgens Oudenampsen "niet groot".
Volgens Geerten Waling wordt de rol van de afdeling in Leiden bij het vormen van Baudets gedachtegoed onterecht groot gemaakt: "Als je al een onderzoek wilt doen, doe dat dan naar hoe Cliteur is omgegaan met meldingen van antisemitisme van Baudet. Maar nu wordt de hele afdeling voor de bus gegooid."