Minister Hoekstra voor de ondervragingscommissie

Hoekstra: omvang toeslagenaffaire pas duidelijk door berichten in media

De informatiehuishouding vanuit de Belastingdienst is echt niet op orde. Dat zei minister Hoekstra voor de parlementaire ondervragingscommissie die onderzoek doet naar de kinderopvangtoeslagaffaire.

"Als je ziet wat voor zoektocht ouders hebben moeten ondernemen om hun dossier compleet te maken, dat lijkt in heel veel karakteristieken op hoe dossiers klaargemaakt moesten worden om de staatssecretaris voor te bereiden op een debat in de Kamer", verduidelijkte hij.

Hoekstra zei ook dat de omvang van de affaire met de kinderopvangtoeslag pas in 2019 echt nadrukkelijk op de agenda is gekomen door een uitspraak van de Raad van State, berichten in de media en vragen van Kamerleden. Hij noemde het fnuikend dat er al veel langer iets aan de hand was. Maar volgens hem was het zeer de vraag "of we hier vandaag zouden hebben gezeten" als die uitspraak en de berichten in de media er niet waren geweest.

Over de slechte informatievoorziening binnen de Belastingdienst gaf hij nog als ander voorbeeld dat hij zelf pas in een laat stadium hoorde dat er een flinke financiële tegenvaller was bij de erf- en schenkbelasting.

Hoekstra: toeslagen pas op agenda door media

Eerder gedupeerden tegemoet komen

Achteraf vindt Hoekstra dat er al eerder actie had kunnen worden ondernomen om de gedupeerden van de toeslagaffaire tegemoet te komen, maar hij had in de zomer van 2019 wel begrip voor de vrees binnen zijn ministerie voor 'precedentwerking'. Het kabinet wachtte op een rapport van oud-minister Donner over de affaire, waarin ook voorstellen werden gedaan over compensatie van de gedupeerden. Dat rapport kwam later dan werd gedacht, zei Hoekstra.

Hoekstra noemde het verschrikkelijk dat mensen in de steek zijn gelaten en hij zei dat het schaamrood hem op de kaken staat. "Dat de overheid waar deze mensen op vertrouwd hebben dit gedaan heeft, is echt buitengewoon pijnlijk." Hij vindt dat eerder met de betrokken ouders gesproken had moeten worden en hij zei ook dat staatsecretaris Snel te lang is meegegaan in de "defensieve houding van de Belastingdienst".

Hoekstra vertelde ook dat hij bij het begin van zijn ambtsperiode van zijn secretaris-generaal te horen kreeg dat de afdeling Toeslagen het best functionerende onderdeel van de Belastingdienst was. Hij vond zelf wel vanaf het begin dat het systeem van kinderopvangtoeslag erg complex was. Hoekstra wist dat ook uit eigen ervaring, omdat hij zelf jonge kinderen heeft.

Kantelmoment

In 2018 was hij zelf nog nauwelijks betrokken bij de kinderopvangaffaire. Volgens hem was het 'kantelmoment' de uitspraak van de Raad van de State in april 2019. De strekking van die uitspraak was dat de Belastingdienst wettelijke mogelijkheden had om minder hard met mensen om te gaan die een klein foutje hadden gemaakt bij het invullen van de kinderopslagformulieren.

In mei 2019 werd Hoekstra naar eigen zeggen zelf voor het eerst met de neus op de feiten gedrukt, toen hij in het vragenuur in de Tweede Kamer op het matje werd geroepen over etnisch profileren door de Belastingdienst. Tot ergernis van Hoekstra was toen niet duidelijk hoe dat precies zat.

Het is vandaag de achtste en laatste dag van de verhoren van de ondervragingscommissie. Vanmiddag komt ook nog premier Rutte.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl