Turkije en Duitsland botsen over wapeninspectie vrachtschip bij Libië
Duitse militairen zijn gisteren per helikopter aan boord gegaan van een Turks vrachtschip om te controleren of het schip wapens voor Libië vervoerde. Turkije ging daar niet mee akkoord en stuurde de militairen die de controle uitvoerden weg. Duitsland neemt het incident "zeer serieus", zei een woordvoerder van het Duitse ministerie van Buitenlandse Zaken in een persconferentie vandaag.
Turkije roept naar aanleiding van het incident ambassadeurs van de EU, Duitsland en Italië op het matje wegens "het onwettig zoeken op een Turks schip met Libië als bestemming".
Het Duitse fregat Hamburg neemt sinds augustus deel aan de EU-missie Irini. Die missie moet het wapenembargo tegen Libië van de Verenigde Naties handhaven.
Niets verdachts gevonden
De Hamburg vroeg gisteravond toestemming om aan boord te gaan van het Turkse schip Rosaline A, dat op ongeveer 200 kilometer ten noorden van de Libische stad Benghazi lag. Na vier uur tevergeefs wachten op toestemming gingen de Duitse militairen aan boord. Ze openden containers en controleerden ruimtes. Toch konden ze hun zoektocht niet helemaal afronden.
"De kapitein en de bemanning werkten volgens de Duitsers goed mee", zegt NOS-correspondent in Duitsland Wouter Zwart. "Na een paar uur kwam alsnog een boze reactie uit Ankara met de eis dat het doorzoeken onmiddellijk werd gestopt. Het doorzoeken was toen nog niet klaar: verder dan steekproefsgewijze controle van de honderden containers zijn ze niet gekomen."
Tijdens de zoektocht vonden de militairen niets verdachts.
Zo zag die controle op het schip eruit:
Volgens Turkije hebben de Duitse militairen het internationale recht geschonden door al aan boord te gaan zonder toestemming. "Turkije is hier niet blij mee en claimt dat er op geen enkele manier toestemming is gevraagd om het schip te doorzoeken", zegt Turkije-correspondent Mitra Nazar. Volgens het Duitse leger is er urenlang contact gezocht en is het de standaardprocedure om na vier uur geen respons toch het schip te betreden.
"We weten dat Turkije betrokken is in het conflict in Libië, waar het de internationaal erkende regering in Tripoli steunt. Dat gebeurt met manschappen, wapens en volgens verschillende rapporten ook met huurlingen uit Syrië", zegt Nazar. Het land heeft echter al langer kritiek op de missies van de EU en de NAVO. "Ankara vindt dat het VN-wapenembargo eenzijdig wordt gehandhaafd, en dat er niet wordt opgetreden tegen wapenleveranties aan de tegenpartij in Libië, generaal Haftar."
Eerder dit jaar was er ook al een incident tussen een Frans schip en een Turks schip over een wapencontrole op zee. Het Franse fregat Courbet wilde toen een wapencontrole uitvoeren op een Tanzaniaans vrachtschip. Het Franse schip zou daarbij gehinderd zijn door een aantal Turkse marineschepen die het vrachtschip beschermden.
"De relatie tussen Turkije en de EU was al gespannen als het gaat om Libië", zegt Nazar. "Turkijes betrokkenheid bij het conflict daar wordt in de EU met lede ogen aangezien. Dit incident maakt de relatie er niet beter op." Dat de Duitsers geen wapens hebben gevonden, is daarnaast koren op de molen van de Turkse regering, gaat Nazar verder. "Turkije beweert dat er alleen humanitaire hulpgoederen aan boord zijn. Ankara kan nu zeggen: zie je wel, wij houden ons aan de regels. Zij zaten fout."