Behalve het voetbal op het hoogste niveau liggen alle teamsporten stil in Nederland. Op last van het kabinet dat met verscherpte maatregelen kwam om het coronavirus het hoofd te bieden. Maar internationaal blijkt nog altijd veel mogelijk.
Zo kwamen de Nederlandse hockeyploegen de afgelopen weken in actie in de Pro League en staan er voor de nationale basketbalteams binnenkort EK-kwalificatiewedstrijden op het programma. Een deel van de mannenselectie is daarom neergestreken in de Sporthallen Zuid in Amsterdam om samen te trainen.
"En dat voelt wel lekker", zegt Worthy de Jong, die eind november met Oranje in de daarvoor gecreëerde bubbel van Istanbul in actie gaat komen tegen gastland Turkije en Zweden om deelname aan de Europese titelstrijd af te dwingen. "We hebben in juni voor het laatst getraind met elkaar. Dus we moeten wel heel veel dingen weer opfrissen."
Zonder bondscoach
De blijdschap overheerst dus bij de basketballers. Ze trainen echter zonder bondscoach Maurizio Buscaglia, die nog in Italië is en zich volgende week bij de ploeg meldt. En ook de spelers die in het buitenland nog competitieverplichtingen hebben, ontbreken. Zij sluiten pas op 23 november aan, kort voor de twee duels in Turkije.
"Het is inderdaad wel jammer dat niet iedereen erbij kan zijn", zegt De Jong. "Maar ik ben blij dat een groot gedeelte van de kern er wel is en dat we daar in ieder geval mee kunnen gaan werken. Bovendien kunnen de jongere spelers die normaal minder minuten krijgen of er zelfs helemaal niet bij zijn, ook wat ervaring opdoen. Zij kunnen de volgende generatie zijn."
Dat de Nederlandse spelers het sinds half oktober zonder competitie moeten doen vanwege de aangescherpte coronamaatregelen, ziet Leon Williams niet meteen als nadeel. Want daardoor kon Oranje eerder bij elkaar komen. "Als de competitie gewoon was begonnen, hadden wij minder tijd gehad om aan elkaar te kunnen wennen. Andere landen zijn nu nog bezig met de clubs. Wij zouden dus een kleine voorsprong kunnen hebben."
Werk en passie
De basketballers mogen ook wel bij hun clubs trainen, maar alleen in groepjes van maximaal twee personen en op anderhalve meter afstand. Bij het Nederlandse team is daarentegen alles toegestaan, met toestemming van sportkoepel NOC*NSF. "Het is constant aanpassen. En dat kan frustrerend zijn", heeft Williams gemerkt. "Je moet mentaal wel sterk zijn."
"We zijn blij dat NOC*NSF, de clubs en de gemeente Amsterdam meewerken om dit mogelijk te maken", zegt Okke te Velde, oud-international en tegenwoordig technisch directeur van de Nederlandse Basketball Bond.
"De jongens komen hier binnen en roepen: yes, we mogen eindelijk weer aan de gang. Dit zijn topsporters, jongens die houden van basketbal. Dit is hun werk, hun passie, dit is waar ze het voor doen. Daarom zijn ze blij dat ze hier nu weer vol kunnen trainen."
Vrouwen in Amsterdam
De Nederlandse vrouwen hoeven overigens niet op het vliegtuig te stappen. Zij werken hun EK-kwalificatiewedstrijden op 12 en 14 november af in een bubbel in Amsterdam, waar ze gaan duelleren met Slowakije en Hongarije.