Jakobsen begint zondag aan deel 2 van wielerseizoen: de kermiskoers van Rotselaar
Fabio Jakobsen stapt zondag na een lange wielerloze periode weer op de fiets. De Nederlands kampioen doet mee aan de Grote Prijs Vermarc, een kermiskoers in het Belgische Rotselaar.
"Het is niet de grootste koers van de wereld, maar wel de eerste na een bizarre tijd", aldus Jakobsen. De 23-jarige sprinter zal nog wel voorzichtig zijn in zijn eerste wedstrijd sinds 8 maart. "Het zijn geen standaardwedstrijden. Kermiskoersen worden vaak gebruikt om te trainen, renners vliegen erin zonder vorm van ploegentactiek."
De laatste koers voor de coronacrisis waaraan hij deelnam, wist Jakobsen te winnen. In de GP Monseré kwam de Nederlander als eerste over de streep. "Je voelde al wel dat er iets aan zat te komen, maar dat het zo lang zou duren voordat er weer gefietst kon worden had ik niet verwacht."
De winnaar van twee etappes in de Vuelta a España in 2019 probeerde zijn conditie op peil te houden in de periode dat er geen koersen georganiseerd werden. "Het was vooral zaak mentaal fris te blijven. We wisten dat het seizoen, als het weer op gang zou komen, nog lang zou gaan duren."
Een dag na de kermiskoers vertrekt Jakobsen met zijn ploeggenoten van Deceuninck-QuickStep voor tweeënhalve week naar Italië. "Ik zal wat meer op het vlakke trainen, maar moet wel elke dag weer de klim maken naar het hotel."
De regerend Nederlands kampioen zal in het najaar onder meer starten in de Ronde van Polen en de Giro d'Italia. "Natuurlijk zou ik ook graag de Tour de France rijden, maar die is voor sprinters dit jaar erg lastig. De Giro biedt zeker zes kansen. Logisch dat de ploeg mij daar laat starten."
Jakobsen krijgt in augustus de kans om zijn Nederlandse titel op de weg te verdedigen, maar hij is niet erg enthousiast over de ingelaste NK in Drenthe. "Een soort geasfalteerde veldrit", noemde hij de wedstrijd met dertig rondjes op en rond de VAM-berg. "Als Mathieu van der Poel meedoet, is hij de uitgesproken favoriet..."