Werkgevers en werknemers in VS: ‘Mes niet op, maar ín de keel’
De werkloosheidscijfers in de Verenigde Staten breken record na record. Sinds de coronamaatregelen de economie platleggen, hebben bijna 17 miljoen Amerikanen hun baan verloren en om overheidssteun gevraagd. Dat is meer dan één op de tien werkenden.
Die cijfers overtreffen zelfs de zwartste prognoses van experts. "Het bloedbad op de Amerikaanse arbeidsmarkt gaat onverminderd door", zegt Joseph Brusuelas, hoofdeconoom bij belastingadvieskantoor RSM, over de nieuwste werkloosheidsaantallen.
Bijna alle sectoren worden getroffen. In 48 van de 50 staten hebben restaurants, veel winkels en andere niet-essentiële bedrijven hun deuren moeten sluiten. Tot verdriet en wanhoop van werknemers én werkgevers. We spraken er vier.
Michael Greene woont in Washington DC en werkt als massagetherapeut. Werkte, eigenlijk, want zijn bezigheden liggen stil. Masseren zonder lichamelijk contact is immers onmogelijk. "Ik ben zelf nog gezond, maar financieel gezien is het een compleet ander verhaal", zegt Greene. "Onze economie zit in een neerwaartse spiraal en ik krijg geen dollar binnen."
De federale overheid heeft een steunpakket beschikbaar gesteld waardoor werklozen tijdelijk aanspraak kunnen maken op een hogere uitkering: tot 600 dollar per week, los van de steun die ze vanuit hun thuisstaat krijgen. Maar Greene komt niet in aanmerking voor een uitkering.
Hij is naar eigen zeggen 'superstressed'. "Ik krijg een zorgverzekering en een kaart met 200 dollar per maand die ik alleen aan eten kan besteden. Ik heb wat spaargeld om mijn appartement te kunnen betalen, maar ik vraag me af hoe lang ik het daarmee volhoud. Het is een drama."
Olivia Ringo uit San Francisco maakt wel aanspraak op overheidssteun. Het luxe restaurant waar ze als manager werkte ging uit eigen beweging nog voor de lockdown dicht. Achteraf een gelukje, want zo was ze redelijk op tijd met haar aanvraag voor een werkloosheidsuitkering.
"Vrienden die zich nu aanmelden komen er niet doorheen bij de instanties", vertelt ze. Er komen op het moment zoveel aanvragen binnen dat sites crashen en hulplijnen zwaar worden overbelast. "Andere collega's die leefden van fooien krijgen niet genoeg uitgekeerd om hun boodschappen te kunnen betalen. Wat ik om me heen hoor en zie breekt mij hart."
Ringo krijgt nu maximaal 26 weken steun van de staat. "Het is net genoeg om van rond te kunnen komen. Voor het overmaken van de huur heb ik uitstel gekregen, anders was het niet gelukt. Ik ben nog niet eerder werkloos geweest, maar ik behoor in deze situatie tot the lucky ones."
Aan de andere kant staan werkgevers die gedwongen hun personeel hebben moeten ontslaan, soms na jaren van trouwe dienst. Een van hen is Thomas DeGeest. De Vlaming verkoopt sinds dertien jaar Luikse wafels in New York. Hij begon met één foodtruck, inmiddels is Wafels & Dinges een begrip in de Big Apple en Denver. "We hebben allemaal kleine kioskjes, met of zonder wielen", vertelt hij trots aan de telefoon.
Door de crisis heeft hij ze allemaal moeten sluiten - hopelijk slechts tijdelijk. "We leven vooral van toerisme, en dat is compleet opgedroogd", zegt hij. Hij wordt even stil. "We hebben voor ons personeel werkloosheidsuitkeringen moeten aanvragen. Je probeert dat zo lang mogelijk uit te stellen, totdat het mes je niet meer op de keel zit, maar ín de keel."
DeGeest spreekt zijn (ex-)personeel veel. De meesten worstelen met het aanvragen van overheidssteun. "In New York is het een drama. Ze hangen elke dag twee uur aan de lijn met instanties, zonder resultaat. In Colorado, waar we ook een vestiging hebben, gaat het veel sneller."
Met een klein groepje werkt hij vanuit Denver online door. Ze leveren hun wafels nu aan huis. Na de crisis hoopt DeGeest de rest van zijn personeel opnieuw in te kunnen huren. "Het is niet de eerste keer dat New York door een moeilijke periode gaat", zegt hij, doelend op 9/11 en orkaan Sandy in 2012. "De stad is veerkrachtig."
De 69-jarige Ype von Hengst was voor de coronacrisis bezig met de verkoop van zijn restaurantimperium Silver Diner, inmiddels heeft hij zijn pensioen vast met een paar jaar uitgesteld. "Maar dat vind ik best hoor. Ik vind het belangrijker dat we de 1600 personeelsleden die we hebben moeten ontslaan straks weer aan het werk kunnen zetten", zegt hij aan de telefoon vanuit Maryland.
"Het ergste vind ik nog dat we het niet eens iedereen persoonlijk konden vertellen", zegt de geboren Fries met dik Amerikaans accent. "Al onze 19 zaken moesten van de ene op de andere dag dicht. Sommigen werkten twintig, dertig jaar voor ons. Dat doet echt pijn."
Von Hengst en zijn zakenpartner Bob hebben een kleine groep managers aan kunnen houden, die betalen ze nu grotendeels uit eigen zak. "De enige inkomsten op dit moment komen van take out en delivery. Dat schiet omhoog. Het is hartverwarmend om te merken hoe klanten ons ook in deze tijd proberen te steunen."
Hij kan niet wachten op de dag dat zijn restaurants weer open mogen gaan. Hopelijk is dat ook de dag dat hij zijn personeel weer een knuffel mag geven. "Dat mis ik zo. Ik ben een enorme hugger."