De grenzen mogen niet worden opgeschoven, vindt president van De Nederlandsche Bank Klaas Knot. De Europese Centrale Bank zou niet grotere delen van schulden van Europese landen mogen opkopen.
Maar wat zou er erg aan zijn? Drie deskundigen zetten de risico's op een rij.
Waar gaat het over?
Zoals burgers geld bij een bank kunnen lenen om bijvoorbeeld een huis te kopen, zo kunnen overheden van landen ook geld ophalen op de kapitaalmarkt. Ze geven dan een obligatie uit, een soort lening dus, en geldschieters geven dat bedrag dan aan de overheid in ruil voor een vergoeding.
Zulke geldschieters kunnen andere landen zijn, of grote investeerders zoals pensioenfondsen, of indirect centrale banken zoals nu de Europese Centrale Bank. Tot nu toe deed de ECB dit beperkt: ze kocht maximaal een derde van alle uitgegeven obligaties van een land op, en van alle Eurolanden in verhouding even veel.
Deze week is dat veranderd: de ECB overweegt om meer dan een derde van de obligaties van een land op te kopen. Daarmee kan de centrale bank in eerste instantie vooral de Eurolanden helpen die er nu slecht voor staan, zoals Italië en Spanje.
Die stonden er financieel al slechter voor en worden nu hard geraakt door de coronacrisis, waardoor ze meer moeite hebben om andere geldschieters te vinden die hen tegen een niet te hoge vergoeding geld wil lenen.
Krijgen we hyperinflatie?
Toch is er een belangrijke reden waarom er bij het begin van de euro is afgesproken dat de centrale bank maar beperkt schulden van een land mag opkopen. "Voor het geval een land betalingsproblemen krijgt", legt Casper de Vries uit, hoogleraar monetaire economie aan de Erasmus School of Economics.
Zou de ECB meer dan een derde opkopen, dan krijgt ze automatisch een vetorecht als er gestemd moet worden over bijvoorbeeld het 'afstempelen' van obligaties. Dan kan ze in feite de staatsschuld financieren.
Neem bijvoorbeeld Griekenland. Toen het land een paar jaar terug in de problemen was, zijn de Griekse leningen (toen in overleg met investeerders en overheden) gedeeltelijk waardeloos verklaard. Met andere woorden: een deel van het geld kwam niet meer terug. Vervelend voor bijvoorbeeld pensioenfondsen die geld hadden uitgeleend.
Voor een centrale bank is dat niet zo'n probleem, die kan weer geld 'bijdrukken' als dat nodig is. Als ze vetorecht heeft, kan ze zelf besluiten of ze een schuld afstempelt of niet om de economie van een Euroland te steunen.
Inflatie is net als tandpasta. Als het eenmaal uit de tube is, krijg je het er lastig weer in.
Elke keer dat de ECB geld niet terugbetaald krijgt en er meer geld bij gecreëerd wordt, komt er meer geld in de economie in omloop. Waar meer van is, wordt minder waard. Dat kan zich opstapelen als het vaker gebeurt, en in andere landen. De Vries: "Dan krijg je hyperinflatie."
Op dit moment heeft de ECB wel een maximum genoemd aan wat ze zal opkopen: tot 750 miljard euro. "Van hyperinflatie zijn we nog heel wat stapjes verwijderd, maar het is een glijdend pad."
Het probleem met inflatie: het is net tandpasta, zegt Lodewijk van der Kroft, belegginsspecialist bij vermogensbeheerder Comgest. "Als het eenmaal uit de tube is, krijg je het lastig er weer in."
Blijft een hypotheek betaalbaar?
Feit is in elk geval dat er nu een smak meer geld in de economie komt. Ook als de euro straks maar een beetje minder waard wordt, zullen we dat merken.
Bij inflatie stijgen ook de rentes, zegt Edin Mujagic, econoom bij vermogensbeheerder OHV. "Wie nu een hypotheek opneemt met een variabele rente, of met een vaste rente voor vijf jaar, kan straks opeens met een hogere rente geconfronteerd worden."
Steun voor zwakke landen?
"Ik begrijp heel goed waarom Klaas Knot zich zorgen maakt", aldus Mujagic. "Het is alsof iemand nu tegen jou zou zeggen: wat je inkomen ook is, je mag nu twee keer zoveel geld lenen en uitgeven als hiervoor. En wie zijn geld komt terugvragen, stuur je maar naar mij toe, want ik sta garant."
Volgens Mujagic is het risico dat hierdoor de landen in de Eurozone die al hoge schulden en grote tekorten hebben dan niet de noodzaak voelen om dat te veranderen. Ook zullen andere landen hulp verwachten. Hij vreest voor een politiek wespennest.
Die zorgen erkent Van der Kroft. Toch denkt hij dat het nu niet het goede moment is om alleen leningen op te kopen als een land bereid is om te hervormen. "Toen het nog relatief goed ging in Europa lukte het al niet om dit soort hervormingen in andere landen voor elkaar te krijgen. Dat lukt nu zeker niet. Dit is noodhulp."
Waar gaat dit heen?
Het is de vraag of dit tijdelijk is, zegt Mujagic. "De geschiedenis leert ons dat dit bij de ECB niet zo is." Hij wijst erop dat de eerdere rentedaling en opkoopprogramma's ook tijdelijk zouden zijn, maar nog steeds lopen.
Ook De Vries denkt dat de drempel laag is om het opkopen van leningen verder op te schroeven. "Bij elk pijntje ontstaat er nu druk om dat middel te gebruiken, en het wordt steeds makkelijker."