Oud-onderwijsminister Jos van Kemenade (82) overleden
Na een kort ziekbed is de vroegere minister van Onderwijs en prominente PvdA'er Jos van Kemenade overleden. Hij was 82 jaar.
Van Kemenade werd vooral bekend toen hij als minister van Onderwijs in het kabinet-Den Uyl (1973-1977) de middenschool wilde invoeren. Alle leerlingen van 12 tot 16 jaar zouden naar dezelfde brede school gaan, zodat leerlingen uit lagere sociale milieus meer kans zouden hebben een hoger niveau te bereiken.
Later was hij ook minister van Onderwijs in het tweede kabinet-Van Agt (1981-1982). In 1984 verliet hij de Haagse politiek om bestuursvoorzitter van de Universiteit van Amsterdam te worden. Daarna was hij nog burgemeester van Eindhoven (1988-1992) en commissaris van de koningin in Noord-Holland (1992-2002). Bij zijn afscheid in Noord-Holland werd hij benoemd tot minister van Staat.
Van Kemenade leefde voor de publieke zaak.
PvdA-voorzitter Nelleke Vedelaar zegt dat Van Kemenade een grote bijdrage aan de Nederlandse samenleving heeft geleverd. "Onderwijs was voor hem dé manier om elk kind een eigen plek in de wereld te geven. Zijn naam zal voor altijd verbonden blijven aan de gedachte van de middenschool, waar elk kind de zo vaak besproken gelijke kansen kan pakken. We gaan hem ontzettend missen."
Premier Rutte noemt Van Kemenade iemand die leefde voor de publieke zaak en op wie nooit vergeefs een beroep werd gedaan. Hij verenigde "vernieuwingsdrang en visie met rust en betrouwbaarheid".
Van Kemenade werd geboren in een katholiek gezin uit de lagere middenklasse. Hij was de eerste uit zijn familie die ging studeren. "Ik ben een product van de sociale mobiliteit", zei hij daarover.
Hij studeerde aan de Katholieke Universiteit van Nijmegen, waar hij zich specialiseerde in de sociologie van het onderwijs. Als wetenschapper en bestuurder bleef hij verbonden aan de Nijmeegse universiteit, tot hij in 1973 op 36 jarige leeftijd, werd gevraagd voor het kabinet-Den Uyl.
Boegbeeld
Hij was al jarenlang lid van de PvdA, maar was nog nooit politiek actief geweest. In 1971 bracht een Eerste Kamerlid hem in contact met PvdA-leider Den Uyl, die op zoek was naar een mogelijke minister van Onderwijs in een toekomstig kabinet-Den Uyl.
Het klikte en Van Kemenade werd een van de linkse boegbeelden van het kabinet. Zijn grote ideaal was de middenschool, waarvan de essentie was dat kinderen uit alle milieus tot hun zestiende bij elkaar zouden blijven en pas dan een richting voor hun toekomst zouden kiezen. Van Kemenade sprak over het doorbreken van het bestaande standenonderwijs, waarin volgens hem veel talent verloren ging.
De middenschool stuitte op felle weerstand van de VVD, die zich vooral keerde tegen Van Kemenades uitgangspunt dat de middenschool ook moest leiden tot sociale bewustwording. VVD-voorzitter Haya van Someren sprak van socialistische indoctrinatie en onderwijswoordvoerder Neelie Smit-Kroes zei dat Van Kemenade met "een socialistisch spuitje" de jeugd wilde indoctrineren. Ook vond de VVD dat er op de middenschool te weinig aandacht zou zijn voor "knappe koppen" en het tot nivellering van kennis zou leiden.
Doordat de PvdA in 1977 uit de regering verdween, kwam er van de middenschool uiteindelijk weinig terecht. Er werd nog wel mee geëxperimenteerd, maar in de jaren tachtig stierven de plannen een zachte dood.
Van Kemenade was van 1977 tot 1984 lid van de Tweede Kamer, met uitzondering van de acht maanden dat de PvdA in het tweede kabinet-Van Agt zat. Na dat kortstondige tweede ministerschap leek hij burgemeester van Amsterdam te worden, maar hij werd daarvoor uiteindelijk gepasseerd door zijn partij- en fractiegenoot Ed van Thijn.
Kroonprinsendrama
Van Kemenade werd daarna een van de hoofdrolspelers in het kroonprinsendrama van de PvdA. Partijleider Den Uyl liet voortdurend weten dat hij zich terug wilde trekken, maar bleef uiteindelijk aan tot en met de verkiezingen van 1986. In de tussentijd zette hij Van Kemenade onder druk om zich beschikbaar te houden om hem op te volgen als fractieleider en op termijn mogelijk ook als partijleider.
Van Kemenade achtte zich als PvdA-leider ongeschikt omdat hij met zijn wat saaie, intellectuele en bestuurlijke uitstraling de gewone mensen onvoldoende zou aanspreken, maar liet toch een paar goede banen aan zich voorbijgaan omdat hij Den Uyl niet wilde teleurstellen.
Toen in 1984 bleek dat Den Uyl een voorkeur had voor Wim Kok, besloot Van Kemenade de Haagse politiek te verlaten. Kort daarna kreeg hij een hartinfarct, dat hij in verband bracht met de spanningen die de kroonprinsen-episode had veroorzaakt. Maar hij herstelde en gold nog jarenlang als een kundig bestuurder en een man van groot gezag.