KNVB tevreden over VAR, maar wil nu verder: buitenspel aanpakken
In de publieke opinie kan het nog alle kanten op. Is de VAR (Video Assistent Referee) wel een aanwinst op de Nederlandse voetbalvelden of niet? De voetbalbond zelf heeft zijn conclusie al klaar: ja. "Er worden veel minder fouten gemaakt door de arbitrage dan voorheen."
De KNVB telde tot aan de winterstop 153 wedstrijden en in al die duels greep de VAR 'slechts' 42 keer in. De scheidsrechter wordt niet in elke wedstrijd naar de kant geroepen. Dat stelt de bond in een tussentijdse evaluatie.
Niet wel wissewasje
De VAR greep één keer per 3,5 wedstrijd in. En dat is minder dan vorig seizoen. "Een goede zaak", oordeelt arbiter Bas Nijhuis. "Want ik vind dat je de scheidsrechter véél meer de wedstrijd moet laten fluiten en niet bij elk wissewasje moet ingrijpen."
Niets op aan te merken dus? "Nou, we zien ook dat hij twaalf keer verzuimd heeft in te grijpen. Weinig ingrepen is niet per definitie goed", vindt coördinator scheidsrechterszaken Dick van Egmond.
Daar sluit Nijhuis zich toch ook bij aan. "Je ziet dat je op sommige momenten te veel op de scheidsrechter steunt, waar je eigenlijk had moeten ingrijpen."
Op dezelfde voet verder dus. Van Egmond denkt ondertussen al na over een volgende stap: buitenspel aanpakken. Hij hoopt dat er volgend seizoen gebruik kan worden gemaakt van hetzelfde systeem als in de Premier League. Daar wordt met behulp van extra camera's op de zestienmeterlijn en speciale software heel nauwkeurig buitenspel vastgesteld.
De aanschaf van die verfijnde technische apparatuur kost enkele tonnen. "We streven naar optimalisatie. Maar dat hangt af van overleg tussen de KNVB en de clubs, want iedereen moet wel bereid zijn om die investering te doen."