Vakbond FNV ligt binnenshuis en organisatorisch overhoop
André Meinema
Verslaggever economie
André Meinema
Verslaggever economie
De vakbond FNV worstelt met zichzelf. De interne verhoudingen zijn verziekt. Het actievoeren wordt vooral binnenshuis geoefend. Wie precies bestuurt is onduidelijk. Het ledenparlement als vertegenwoordiger van de werkvloeren heeft meer trekken van een Poolse landdag en spreekt niet duidelijk uit één mond.
Dit beeld van de vakbond doemt op uit een rapport van een extern adviesbureau, waarvoor de FNV zelf opdracht heeft gegeven en waarin het Financieele Dagblad inzage heeft gehad. Voor het rapport is gesproken met zo'n 70 FNV'ers in de hele organisatie.
Volgens het rapport moet de organisatie van de vakbond weer op de schop. Het document stelt diverse scenario's voor waarbij de positie en zeggenschap van het ledenparlement wordt ingeperkt en de invloed van de grote sectoren en het bestuur wordt vergroot.
'Elkaar bestrijden'
Wat in 2015 werd neergezet als een ongedeelde FNV, is binnenshuis flink verdeeld. "Men is en blijft bezig elkaar te bestrijden", aldus het rapport.
Bovendien constateren de onderzoekers dat gewerkt wordt in een "omgeving die in toenemende mate vijandig is" jegens vakbonden. Ondervraagde bestuurders verwijzen naar het moeizame discussies rond het pensioenakkoord, dat hing op de stem van het ledenparlement, terwijl het bestuur al voorstander was. Die gang van zaken maakte veel kritiek los.
De problemen spitsen zich toe op de vraag of de vakbond van bovenaf of van onderop geleid moet worden. "Iedereen heeft last van de huidige sturing, mensen zitten elkaar dwars en de strijdbaarheid en onverzettelijkheid die de FNV in de buitenwereld aan de dag moet leggen wordt ook intern ingezet", stelt het rapport vast.
Veel bloedgroepen
Bij de bestuurlijke perikelen spelen zeker ook bloedgroepen en stromingen een rol. De vakbond heeft ouderen en jongeren, ambtenaren en arbeiders, PvdA'ers en SP'ers, radicalen en gematigden in huis die onderling vaak andere belangen en strategieën voorstaan.
De FNV heeft ook sinds 2012 relatief veel wisselingen aan de top gezien. Na Agnes Jongerius kwam Ton Heerts, gevolgd door - voor korte tijd - een triovoorzitterschap en nu Han Busker. Vakbondsleiders die 8 tot 10 jaar aan het roer staan, zoals Wim Kok, Johan Stekelenburg en Lodewijk de Waal, bestaan niet meer.
Daarnaast verliest de FNV leden; het zijn er nu minder dan 1 miljoen. In 2008 waren dat er nog 1,2 miljoen. Vergrijzing, opzeggingen en desinteresse bij jongeren en zzp'ers zijn belangrijke oorzaken, en ook is het ledenbestand drastisch opgeschoond. Minder leden betekent ook minder inkomsten.