Overheid zet gebarentolk in bij crisissituaties
De overheid gaat in crisissituaties gebruikmaken van gebarentolken. Minister Grapperhaus antwoordt op Kamervragen dat hij met belangenorganisaties en deskundigen gaat overleggen hoe hij voor kwetsbare groepen de communicatie bij een crisis kan verbeteren. Vast staat al dat voor doven en slechthorenden gebarentolken worden ingezet.
Vooral na de aanslag in Utrecht in maart klonk er kritiek dat er geen tolken waren. De koepelorganisatie Ieder(in) van mensen met een lichamelijke handicap noemde het "niet meer van deze tijd" dat mensen met een beperking in dit soort situaties afhankelijk van anderen moeten zijn.
Grapperhaus schrijft - mede uit naam van zijn collega-minister De Jonge - aan de Kamer dat ook hij het belangrijk vindt dat in crisissituaties zoveel mogelijk mensen worden bereikt. Hij denkt niet dat bij alle persconferenties van de overheid gebarentolken moeten worden gebruikt.
De minister benadrukt dat persconferenties in de eerste plaats zijn bedoeld voor journalisten en dat daar een verslag van wordt gemaakt, dat ook doven en slechthorenden kunnen lezen. Grapperhaus wil er wel met belangenorganisaties over gaan praten of die verslagen ('transcripties') in een behoefte voorzien.
Directeur van Ieder(in), Illya Soffer, is blij met het nieuws en praat graag mee over de invoering. "Het bagatelliseren van het probleem is hiermee echt voorbij." Soffer noemt een gebarentolk bij crisissituaties een mooie eerste stap. "Maar uiteindelijk willen we ook gebarentolken bij debatten in de Tweede Kamer en reguliere nieuwsuitzendingen."