Oostenrijkse bondskanselier Kurz moet vertrekken na motie van wantrouwen
De Oostenrijkse bondskanselier Sebastian Kurz moet vertrekken na een motie van wantrouwen. Die werd ingediend na de affaire rond zijn oud-vicekanselier Heinz-Cristian Strache van de FPÖ. Kurz leidt de conservatieve ÖVP.
Strache moest eerder al opstappen, na het opduiken van een video waarin hij zich schuldig leek te maken aan corruptie. Voor zijn verkiezing beloofde hij in een gesprek op Ibiza een Russische vrouw overheidsopdrachten in ruil voor verkiezingssteun.
Naar aanleiding van de kwestie liet Kurz nieuwe verkiezingen uitschrijven. Ook vroeg hij de FPÖ-minister van Binnenlandse Zaken af te treden, omdat die belast zou zijn met het onderzoek naar partijgenoot Strache. Daarop stapten alle FPÖ-ministers op.
De FPÖ is verbolgen over de gang van zaken en had al steun toegezegd voor de motie van wantrouwen, die was ingediend door de sociaaldemocratische SPÖ. Het was voor het eerst dat zo'n motie werd aangenomen in Oostenrijk.
Hoewel de ÖVP politieke steun ontbeert, is de partij bij de Oostenrijkers onverminderd populair. Gisteravond haalde de partij een grote zege bij de verkiezingen voor het Europees Parlement. De partij haalde 34,9 procent van de stemmen. De SPÖ volgde op afstand met 23,4 procent van de stemmen.
De nieuwe verkiezingen vinden in september plaats. Die waren al uitgeschreven nadat het kabinet was gevallen.