'Je kunt echt aanleg hebben voor slapeloosheid'
Wetenschappers zijn een stapje dichter bij het vinden van de oorzaak van slapeloosheid. Een internationaal onderzoeksteam heeft voor het eerst 956 genen in ons lichaam, die een risico geven op chronische slapeloosheid, geïdentificeerd. De resultaten zijn gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Nature Genetics.
"Het lijkt erop dat mensen met die risicogenen bepaalde spanningen niet goed opgeruimd krijgen tijdens hun slaap", zegt Eus van Someren in Nieuws en Co op NPO Radio 1. Hij is neurofysioloog aan Nederlands Herseninstituut en het Amsterdam UMC en betrokken bij het onderzoek.
Normaal gesproken helpt slaap om indrukken en belevenissen van overdag te verwerken of een plek te geven. Maar bij mensen met slapeloosheid werkt dat mechanisme niet of amper. "Een nachtje slapen doet dan niet zo veel goeds. Soms kunnen slapelozen zelfs nog meer gespannen wakker worden dan dat ze naar bed gingen."
Er wordt vaak gedaan alsof mensen met slapeloosheid maar even moeten ontspannen en verder niet moeten zeuren.
Het team, onder leiding van Nederlandse onderzoekers, heeft dna en slaapgegevens van 1,3 miljoen mensen geanalyseerd. Daarmee is volgens Van Someren een belangrijk puzzelstukje op zijn plek gelegd. "Er wordt vaak gedaan alsof mensen met slapeloosheid maar even moeten ontspannen en verder niet moeten zeuren", zegt hij. "Maar je kunt er echt aanleg voor hebben en wij willen begrijpen waarom."
De volgende stap is hersencellen op moleculair niveau analyseren in laboratorium. Ook onderzoeken de wetenschappers wat goed helpt tegen slapeloosheid. Dat kunnen medicijnen zijn, maar ook tips om zo ontspannen mogelijk naar bed te gaan. "Als je aanleg hebt voor slapeloosheid kun je in de gaten houden dat je niet aan het einde van dag al te spannende dingen onderneemt."
Volgens een peiling van het CBS lijdt minstens 10 procent van de Nederlanders aan zware slaapproblemen.