Rams en Patriots naar Super Bowl; commotie om arbitrale missers
De Super Bowl gaat op zondag 3 februari tussen New England Patriots van quarterback Tom Brady en Los Angeles Rams. Beide ploegen werden vannacht kampioen van hun divisie en plaatsten zich daarmee voor de finale van het American Football-seizoen.
Vijfvoudig kampioen Patriots versloeg Kansas City met 37-31 na verlenging en staat voor het derde jaar op rij in de Super Bowl. Brady, 41 jaar oud inmiddels, was weer belangrijk voor zijn ploeg. In de verlenging hielp hij zijn team ruim 68 meter naar voren. De beslissende touchdown kwam vervolgens van Rex Burkhead.
Brady kan de Super Bowl voor de zesde keer winnen. Het wordt al zijn negende finale. De Patriots staan voor de elfde keer in de Super Bowl.
Los Angeles Rams was met 26-23 te sterk voor New Orleans Saints. Ook daar was een verlenging nodig, maar er werd na afloop vooral gesproken over wat er aan het einde van de reguliere speeltijd gebeurde.
Arbitrale misser
Met nog een kleine twee minuten te spelen waren de Saints in de aanval. Tommylee Lewis wilde de bal vangen, maar werd tegen de grond gewerkt door Nickell Robey-Coleman. Dat mag niet en al helemaal niet met de helm naar voren, zoals gebeurde. Beide overtredingen ontgingen de arbitrage.
New Orleans Saints werd daardoor de kans ontnomen om de wedstrijd naar zich toe te trekken. In de verlenging besliste Greg Zuerlein het duel voor de Rams met een trap van 52 meter. De Rams wonnen de Super Bowl een keer: in 2000.