Gemeentelijke lasten omhoog door hogere afvalstoffenbelasting
Huishoudens gaan dit jaar gemiddeld een stuk meer betalen aan gemeentelijke belastingen. Dat hebben onderzoekers van de Rijksuniversiteit Groningen berekend.
Huiseigenaren zijn in totaal gemiddeld 702 euro kwijt aan onroerendezaakbelasting (ozb), rioolheffing en afvalstoffenheffing. Dat is een stijging van 4,3 procent ten opzichte van 2018. Bij huurders, die geen ozb betalen, gaat het gemiddeld om 347 euro; een stijging van 5,4 procent.
Afvalstoffenbelasting fors hoger
Die stijging komt vooral doordat de Rijksoverheid de afvalstoffenbelasting voor gemeenten ruim heeft verdubbeld. Gemeenten berekenen die extra kostenpost weer deels door aan bewoners.
De afvalstoffenbelasting geldt voor al het vuilnis dat wordt verbrand of gestort. Met de belastingverhoging wil de overheid stimuleren dat gemeenten meer gaan recyclen. Volgens de Rijksuniversiteit Groningen kost het tijd om maatregelen te nemen om meer te hergebruiken. En tot die tijd moeten gemeenten de hogere kosten dekken met een hogere afvalstoffenheffing.
Nijmegen de goedkoopste, Enschede de duurste
Gemeentelijke belastingen kunnen erg verschillen per gemeente. Zo is een huurder in de goedkoopste gemeente, Nijmegen, 40 euro kwijt en in de duurste, Zaanstad, 571 euro. Voor woningeigenaren variëren de gemeentelijke woonlasten tussen de 563 euro (Den Haag) en 856 euro (Enschede).