'Gozer, doe normaal! Jij zou nooit meer kunnen hockeyen'
Jan-Kees van der Kun
Jan-Kees van der Kun
Aan het einde van het jaar blikt de NOS met tien sporters terug op 2018. Vandaag Dennis Warmerdam. "Ik heb een bizar jaar achter de rug. Maar ik ben er nog. En ik ga vol voor een terugkeer als tophockeyer."
27 november 2017
Pats! Als een klap in het gezicht dreunt het nieuws binnen bij Dennis Warmerdam. "Het is geen sportblessure", benadrukt de dokter die tegenover hem zit nog maar eens. "Dit gaat over leven of dood."
Even is Warmerdam zijn houvast kwijt. Alles duizelt. Een paar minuten geleden was hij nog wel zo zelfverzekerd het ziekenhuis binnengestapt. Met de borst vooruit, zoals hij dat ook altijd doet als hij het veld oploopt voor een wedstrijd.
De dan 23-jarige Warmerdam is namelijk hockeyer. Een getalenteerde bovendien. De aanvaller van Pinoké was een paar maanden eerder tijdens de play-offs zelfs gevraagd om mee te trainen met het Nederlands elftal. Een uitnodiging die hij moest afslaan vanwege een polsblessure.
Maar die pijn in zijn onderarm is niet het gevolg van overbelasting. Het is, zo blijkt nu, een hevig om zich heen slaande tumor. Kanker dus. De eerste keer dat Warmerdam dat woord zelf hardop uitspreekt, barst hij in tranen uit.
Vanaf nu is hij patiënt in plaats van topsporter.
22 april 2018
"Holy fuck, wat gebeurt hier allemaal", zegt Warmerdam tegen zichzelf. Hij wordt door zijn geëmotioneerde teamgenoten op de schouders genomen. Langs het veld staat het publiek rijen dik. Nog nooit was het zo druk op Pinoké. Al die mensen zijn voor hem gekomen. Wat zijn mensen toch lief, denkt hij terwijl de tranen over zijn wangen rollen.
De afgelopen maanden heeft Warmerdam alles aangegrepen om amputatie van zijn rechterarm te voorkomen. Maar de chemotherapie slaat niet aan. Deze week heeft hij het onvermijdelijke te horen gekregen. Die arm moet eraf.
Voor het zover is, wil hij nog één keer hockeyen. Warmerdam heeft al maanden geen stick aangeraakt, maar in de thuiswedstrijd tegen Amsterdam voelt alles weer even zoals het vroeger was. De teambespreking, de warming-up, de duels.
Tot de dertiende minuut. Dan klinkt er, verwijzend naar Warmerdams rugnummer, een indrukwekkend applaus. Van de toeschouwers, van ploeggenoten, van tegenstanders, van de scheidsrechters. Iedereen klapt voor hem.
"En een minuut is echt heel lang, hè", zegt Warmerdam daar ruim een half jaar later over. Als hij eraan terugdenkt, krijgt hij weer dat fijne, warme gevoel over zijn hele lichaam. "Die dag was zo bijzonder, zo dierbaar. Hartverwarmend."
"Het heeft me ook echt geholpen. Toen ik al die mensen zag, kreeg ik een enorme daadkracht. Zo van: kom maar op, ik kan dit. Ik kan alles aan, want ik heb een leger achter me staan. Welk probleem dan ook: kom maar op, ik ga het fixen."
4 mei 2018
Als Warmerdam in een ziekenhuisbed de operatiekamer wordt binnengereden valt hem opnieuw de enorme belangstelling op. De OK staat vol met artsen en co-assistenten. Geen wonder: zo vaak krijgen ze de kans niet om getuige te zijn van de uiterst zeldzame operatie die op het programma staat.
Er is namelijk een chirurg die toch nog een mogelijkheid ziet om de arm van Warmerdam te sparen. Al kan hij dat op voorhand niet met zekerheid zeggen. De kans is reëel dat er alsnog veel functies verloren gaan.
Ruim tien uur later ontwaakt Warmerdam uit de narcose. Nog een beetje dizzy uiteraard, maar zijn gedachten gaan meteen naar die arm. Die ligt onder de dekens, dus hij kan hem niet zien. Voorzichtig probeert hij zijn vingers te bewegen. En... dat lukt!
Een dag later beseft hij pas echt hoe bijzonder dat eigenlijk is. Want als het verband eraf wordt gehaald, ziet Warmerdam dat er een gigantische hap uit zijn onderarm is genomen. Van zijn elleboog tot aan zijn hand, over de volledige breedte van zijn arm; vrijwel alles is weggesneden. De leegte is opgevuld met een spier en huid uit zijn bovenbeen.
19 augustus 2018
Warmerdam heeft zijn stick en hockeykleding toch ook maar meegenomen. Voor het goede gevoel. En wel zo leuk natuurlijk om straks ook even wat te pielen met de bal. Op het veld van zijn oude club De Reigers nog wel.
De eersteklasser uit Hoofddorp speelt vandaag namelijk een gelegenheidspotje tegen oud-spelers van het eerste. Oud-Reiger Warmerdam is ook uitgenodigd. En het inspelen gaat eigenlijk wel lekker. "Zet mij maar in de spits", zegt hij tegen de andere 'Reiger Legends'.
Na een paar minuten krijgt Warmerdam de bal net buiten de cirkel aangespeeld. "En ik zag een gaatje", herinnert Warmerdam zich het moment nog maar al te goed. "Er lag een kans om een backhand te slaan. Dat was toch wel mijn ding."
"Elke sporter zal beamen: als er een kans is, dan krijg je een adrenalinekick door je hele lijf. Die ging ook weer door mijn lichaam. Ik dacht helemaal niet meer aan mijn arm. Ik dacht alleen maar aan die kans."
Warmerdam haalt uit. Hij raakt de bal perfect. Die vliegt vol in de kruising. Het is op slag doodstil. Alle spelers en het handjevol toeschouwers kijken vol ongeloof naar hun vriend.
"Daarna kwamen al die gasten op me af gerend. Ze riepen 'gozer, doe even normaal. Jij zou nooit meer kunnen hockeyen.' Weer kreeg ik overal kippenvel en een enorme kick. Ik voelde: vanaf nu ben ik weer hockeyer."
14 december 2018
Officieel duurt het nog anderhalf jaar voordat hij zich echt 'schoon' mag noemen, maar na de eerste goede uitslagen heeft Warmerdam voor zichzelf besloten dat de ziekte uit zijn lichaam is.
"Dan kan ik dit bizarre jaar afsluiten en weer door. Ik voel me nu vrij. Een vrije jongen die zijn leven weer kan leiden."
Een leven mét hockey. Vandaag heeft Warmerdam een gesprek met Jesse Mahieu, de coach van Pinoké. Ze spreken af dat hij na de winterstop weer gaat meetrainen. Om te kijken wat er mogelijk is. "Ik mis natuurlijk wel wat kracht in mijn arm, maar als het de komende maanden goed gaat, ga ik volgend seizoen vol voor een terugkeer in de hoofdklasse."
"Ik ga er alles aan doen om een betere hockeyer te worden dan ik ooit was. Maar ik moet ook eerlijk voor mezelf zijn als ik het niveau niet haal. Al ga ik daar nu niet vanuit. De kriebels die ik nu voel, vertellen me dat ik het ga halen."
"Kijk maar wat ik heb meegemaakt. Het wordt heel moeilijk om mij te stoppen."