Kabinet gaat koppeling AOW-leeftijd en levensverwachting onderzoeken
Het kabinet gaat de koppeling tussen de AOW-leeftijd en de levensverwachting onderzoeken en kijken wat het betekent om die geheel of gedeeltelijk los te laten. Een meerderheid van de Tweede Kamer steunde dit verzoek van CDA-leider Buma tijdens het debat over de mislukte pensioenonderhandelingen.
Op dit moment is afgesproken dat over een paar jaar de AOW-leeftijd stijgt als de levensverwachting stijgt. Tijdens de pensioenonderhandelingen wilden de vakbonden dat deze afspraak deels zou worden teruggedraaid en dat bij een stijging van de levensverwachting met een jaar, de AOW-leeftijd maar met zes maanden zou stijgen.
Dit laatste punt werd gaandeweg een harde eis van vakbond FNV. Het kabinet heeft uiteindelijk water bij de wijn gedaan en gezegd dat het onderwerp bespreekbaar was. Het kabinet wilde de afspraak echter niet financieel vastleggen en de kwestie aan een volgend kabinet overlaten. Dit omdat de eis van de FNV op termijn zes miljard euro kost. De FNV nam geen genoegen met de toezegging en stapte uit de onderhandelingen.
Verkiezingen
Premier Rutte bleef er in het Kamerdebat bij dat dit kabinet zo'n deal niet wil sluiten. "Dit soort grote vraagstukken moet je afspreken bij het maken van een regeerakkoord", zei hij. "Vraag niet aan een zittend kabinet om nog zes miljard euro in de begroting te vinden. Dat is zelfs niet democratisch. Dit moet als onderwerp meegenomen worden bij verkiezingen."
Het kabinet gaat nu dus wel op verzoek van de Kamer onderzoeken hoe het verloop van de levensverwachting in de toekomst zal zijn, welke gevolgen het heeft om een steeds langer werkende beroepsbevolking te hebben en wat het kost om de koppeling tussen AOW-leeftijd en levensverwachting (deels) los te laten.
Onvoldoende steun
Een voorstel van GroenLinks en de SP om de strengere eisen aan de pensioenreserves van pensioenfondsen twee jaar uit te stellen kreeg onvoldoende steun. De twee linkse partijen wilden hiermee voorkomen dat al in 2020 relatief slecht presterende pensioenfondsen hun pensioenuitkeringen moeten verlagen. Die twee jaar 'respijt' zouden dan kunnen worden gebruikt om alsnog een pensioenakkoord te bereiken.
Premier Rutte en minister Koolmees van Sociale Zaken zeiden er "met een open blik" naar te gaan kijken, maar lieten duidelijk merken er niets voor te voelen. "Ik heb hier een echte zorg bij", zei Rutte.
Zware beroepen
GroenLinks, SP en PvdA hebben verder uitgesproken dat ze willen dat het kabinet bij eventuele nieuwe pensioenonderhandelingen drie zaken regelt: een pensioen voor zzp'ers en andere werkenden zonder pensioen, vervroegde AOW voor mensen met zware beroepen en het niet een op een koppelen van de AOW-leeftijd aan de levensverwachting.
Het kabinet gaat zich beraden op wat er moet gebeuren na het mislukken van de pensioenonderhandelingen.