Leger Myanmar bestookt Kachin-minderheid, duizenden op drift
In het noordoosten van Myanmar heeft het leger een zwaar offensief ingezet tegen de opstandelingen van de Kachin-minderheid. Als gevolg daarvan zijn sinds begin april 4000 burgers hun woongebied ontvlucht, hebben de Verenigde Naties bekendgemaakt. Het leger zou de Kachin-rebellen bestoken met artillerie en luchtaanvallen.
De VN-organisatie OCHA, die humanitaire hulpacties in crisisgebieden coördineert, is bezorgd over het lot van de vluchtelingen, maar ook over de ouderen, kinderen en zwangere vrouwen die vastzitten in het strijdgebied. "We moeten garanties krijgen dat deze mensen worden beschermd", zegt OCHA-directeur Mark Cutts.
Rohingya-crisis
De aandacht ging tot dusver uit naar de humanitaire crisis die de legeroperatie tegen de islamitische Rohingya-minderheid heeft veroorzaakt. Zo'n 700.000 Rohingya zijn vorig jaar vanuit hun gebied Rakhine in het noordwesten van Myanmar de grens overgestoken met Bangladesh. Daar leven ze nu in uitgestrekte vluchtelingenkampen.
In de schaduw van dat conflict is de strijd tegen de hoofdzakelijk christelijke Kachin-minderheid in het uiterste noorden opgelaaid. De opstandelingen van Kachin strijden al sinds 1961 voor gelijke rechten en meer autonomie. In 2011 kwam er een eind aan een wankel bestand tussen de Kachin en de overheid van het in meerderheid boeddhistische Myanmar. Sindsdien worden er weer geregeld gewelddadigheden gemeld, maar in de afgelopen weken is de strijd ernstig geëscaleerd.
De VN heeft meldingen binnengekregen van moordpartijen, ontvoering, verkrachting en marteling door de Myanmarese militairen. Een onderzoeksmissie van de VN zag in maart al "significante overeenkomsten" tussen het legeroptreden in Rakhine en in de regio Kachin.
Geen hulp toegelaten
En net als in Rakhine ontzegt de regering hulporganisaties ook in Kachin de toegang tot het gebied waar strijd wordt geleverd. Lokale Kachinleiders vroegen de regering vorige week om medische hulp te sturen naar 2000 burgers die vastzitten in een bos nabij het front en die al weken te weinig te eten en te drinken hebben. Daarop is niet gereageerd.
Volgens een woordvoerder van de president vinden er inderdaad mensenrechtenschendingen plaats in Kachin, maar zijn beide partijen daarvoor verantwoordelijk. De regering van de facto regeringsleider Aung San Suu Kyi ligt zwaar onder vuur van de internationale gemeenschap. Die beschuldigt het landsbestuur ervan de crises in de minderhedengebieden te bagatelliseren en werkeloos toe te zien hoe grote aantallen vluchtelingen een veilig heenkomen zoeken.