OPCW-inspecteurs eindelijk aan de slag in Douma
Een week na aankomst in Syrië hebben inspecteurs van de Organisatie voor het Verbod op Chemische Wapens onderzoek verricht in Douma. De inspecteurs gingen na of de stad doelwit is geweest van een aanval met chemische wapens, vandaag twee weken geleden.
De OPCW-missie in Syrië werd tot nu toe gekenmerkt door oponthoud. De inspecteurs waren vorige week zaterdag al in Damascus, maar kregen ondanks verscheidene toezeggingen geen toestemming om door te reizen naar Douma.
De OPCW maakte vanmiddag bekend dat de inspecteurs materiaal hebben verzameld op een locatie die op 7 april zou zijn bestookt met chemische wapens. Mogelijk wordt ook op een tweede locatie onderzoek gedaan. Het verzamelde materiaal gaat naar het OPCW-laboratorium in Rijswijk voor nader onderzoek.
Rusland maakte eerder vanmiddag al bekend dat de OPCW-missie in Douma was aangekomen. Woordvoerster Maria Zacharova van het Russische ministerie van Buitenlandse Zaken noemde het oponthoud dat de missie tot nu toe gekenmerkt had onaanvaardbaar. Frankrijk beschuldigt Rusland er juist van voor de vertraging verantwoordelijk te zijn.
Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk vrezen dat de missie vertraagd werd om bewijsmateriaal voor een chemische aanval te laten verdwijnen.
Het Westen beschuldigt het Syrische regime, met Rusland als belangrijkste bondgenoot, dat het op 7 april een chemische aanval heeft uitgevoerd op burgers in Douma. Zonder het resultaat van de OPCW-missie af te wachten voerden de Amerikanen, Britten en Fransen vorige week zaterdag een vergeldingsaanval uit op drie posities van het Syrische leger.
Terugtrekking rebellen
Inmiddels gaat de terugtrekking door van rebellen uit Oost-Ghouta, het gebied ten noordoosten van Damascus. Tien bussen met strijders van het Vrije Syrische Leger zijn met familieleden vertrokken uit de enclave Qalamoun. Ze worden naar Idlib in het midden en Jarablus in het noorden van het land gebracht, naar gebied dat in handen is van de rebellen.
Een woordvoerder van de rebellen zegt dat voor de aftocht is gekozen na bombardementen door Russische vliegtuigen begin deze week, waarbij zes rebellen zijn omgekomen.
Door deze laatste evacuatie is het voormalige rebellenbolwerk Oost-Ghouta nu vrijwel geheel weer in handen van de troepen van president Assad. Delen van Syrië aan de grens met Jordanië, Israël, Turkije en Irak zijn al jaren buiten de invloedssfeer van de president.