'Alleen regen stopt nu de bommen in Oost-Ghouta'
Ondervoeding, geen medische zorg en honderden gedode burgers: door de bombardementen voltrekt zich in Oost-Ghouta een humanitaire ramp. Ondanks de wapenstilstand die gisteren is afgekondigd, blijven de bombardementen doorgaan. Wat is er aan de hand in de regio ten oosten van de Syrische hoofdstad Damascus?
Oost-Ghouta is al zo'n vijf jaar in handen van rebellen. Al dit tijd is het omsingeld geweest door het Syrische leger. "Maar sinds het einde van vorig jaar is de strijd harder geworden", vertelt correspondent Marcel van der Steen.
Het Syrische leger is bezig met een offensief om Oost-Ghouta weer in handen te krijgen. "Het is een van de laatste grote bolwerken van de rebellengroepen", vertelt Van der Steen. "Assad wil zijn land terugveroveren. Dat is hem de afgelopen maanden ook voor een groot deel gelukt, vooral dankzij de steun van Rusland en Iran."
Ook veel kinderen zijn het slachtoffer van de luchtaanvallen van het Syrische leger op de rebellenenclave Oost-Goutha:
Het Syrische leger zegt dat het alleen jacht maakt op terroristen. In de praktijk blijken echter vooral de 400.000 inwoners van Oost-Ghouta slachtoffer te worden van de bombardementen en beschietingen, vertelt Van der Steen. "Volgens de VN leeft 80 procent van de mensen onder de grond, in tunnels. Ze hebben bijna geen eten, geen drinken en geen elektriciteit."
Hulp is er amper: maanden geleden stond de VN al klaar met transporten, wachtend op groen licht. De Syrische overheid houdt transporten tegen. "Het is een groot gebied en er is simpelweg geen voedsel om mensen te voeden. Bakkers genoeg, maar ingrediënten om brood te maken zijn er niet."
De regio afsluiten van voedsel en medische zorg is een bewuste strategie van het Syrische leger, denkt Van der Steen. "Assad wil de regio uithongeren. Als hij hulptransporten het gebied binnenlaat, worden zijn tegenstanders ook gevoed."
Staakt-het-vuren
Sinds gisteren is een wapenstilstand van kracht in de stad, na druk van de VN. Dat zou hulporganisaties de ruimte moeten geven om burgers te helpen. Op papier tenminste. "Het staakt-het-vuren zou betekenen dat op korte termijn een voorlopig einde komt aan beschietingen van beide kanten, en dat hulptransporten het gebied in mogen", vertelt hij. "Een Libanese krant met goede contacten in Damascus meldt dat de Syrische overheid bezig is met een evacuatieplan voor vrouwen, mannen boven de zestig en kinderen tot 12 jaar."
Maar zo'n evacuatieplan is moeilijk uitvoerbaar, denkt Van der Steen. "Het is de vraag of mensen hun familie wel willen verlaten en of ze de regering van Assad wel vertrouwen bij zo'n operatie."
Een van de burgers die wel wisten te vluchten, is oorlogsfotograaf Mohammed Abdullah. Regelmatig belt hij met vrienden die nog vastzitten in het gebied. Ook hij beschrijft in gesprek met Nieuwsuur een afgrijselijke situatie. "Ik sprak net een vriend aan de telefoon. Hij zegt dat mensen geen voedsel kunnen vinden. Het kan zijn dat ze wat spaargeld hebben, maar er is geen eten te koop, want de markt is gebombardeerd. En je kunt niet eens de straat op om eten te zoeken."
Het onderhouden van dagelijks contact wordt door aanhoudende bombardementen steeds lastiger, zegt hij. "Als mijn vrienden offline gaan, dan word ik echt bang. Ik durf niet onder ogen te zien dat ze misschien dood of gewond zijn. Ze zijn in gevaar. Dat breekt mijn hart. Ik kan niets doen om ze te beschermen."
Vrijbrief voor nóg steviger offensief
Het is nog maar de vraag of de strijdende legers zich aan de wapenstilstand gaan houden. Tijdens het staakt-het-vuren mag het Syrische leger nog wel strijden tegen terroristische groepen als IS en al-Nusra. Maar als het Syrische leger en Rusland de meeste rebellen als terroristisch aanmerken, gaan de beschietingen gewoon door. Wie horen er bij de terroristische groepen of zijn daaraan gelieerd en wie niet? Ook de niet-jihadistische rebellen ziet Damascus graag als terroristen, zegt Van der Steen. De wapenstilstand zou bovendien een vrijbrief kunnen zijn om na dertig dagen wapenstilstand een nog steviger offensief te beginnen, denkt de correspondent.
Het is de vraag wat er gaat gebeuren na de dertig dagen.
Of de situatie in het gebied binnenkort zal verbeteren, vindt hij daarom lastig in te schatten. "De toestand is verschrikkelijk. Het is hoopvol dat er eindelijk iets gebeurt, dat de wereld niet langer stilzit. Maar het is de vraag wat er gebeurt na die dertig dagen."
Regen als oplossing?
Volgens Abdullah is er maar één ding wat op de korte termijn nog het verschil gaat maken: regen. Tijdens hevige regenbuien wordt er niet gebombardeerd, vertelt hij. "Een vriend van mij zette beelden op Facebook dat hij buiten in de regen staat. Dat was de eerste keer in vijf dagen dat hij de straat op kon. Regen is de enige hoop voor hen."
"De afgelopen zes jaar is er niets gedaan op de grond, ook niet door de VN. Maar vijf, tien minuten regen kan leiden tot een wapenstilstand."