Nederlander brengt World Press Photo naar 'wereldhoofdstad' Washington
Maarten Berkelaar
redacteur Bureau Washington
Maarten Berkelaar
redacteur Bureau Washington
Het is een primeur: de World Press Photo-tentoonstelling in Washington D.C. Eigenlijk is de Amerikaanse hoofdstad een heel logische plek voor de expositie van de bekroonde persfoto's, vindt de Nederlandse initiatiefnemer Robert Meins. "Deze foto's zijn de resultaten van de beslissingen die hier zijn genomen. En die resultaten kun je niet vaak genoeg zien."
World Press Photo begon in 1955 als een initiatief van Nederlandse fotografen en is uitgegroeid tot een van de meest prestigieuze fotografiewedstrijden ter wereld. Het is niet de eerste keer dat Meins de drijvende kracht is achter een World Press Photo-tentoonstelling. In 2003 organiseerde hij met een groep vrienden de World Press Photo-tentoonstelling in Groningen.
Maar in Amerika was het een stuk lastiger om de expositie van de grond te krijgen. "World Press is in Nederland en Europa een grote naam, in Amerika is het een stuk minder bekend", zegt hij. Met hulp van onder meer de Nederlandse ambassade lukte het Meins om in acht maanden tijd het project op te zetten.
Unieke locatie
De expositie bevindt zich op een unieke locatie in het centrum van de Amerikaanse hoofdstad. "Dupont Underground is een oud tramstation dat eigenlijk de perfecte plek is voor deze expositie. Het ligt onder het iconische verkeersplein Dupont Circle en midden in het culturele hart van de stad. Het Witte Huis is ook vlakbij."
Omdat de ruimte zoveel groter is dan bij andere World Press Photo tentoonstellingen, moest de tentoonstelling anders worden opgezet. Op de met graffiti getekende muren springen de foto's in het oog, maar ook worden er verschillende foto's op andere muren geprojecteerd. Op de oude tramrails staan tafels met daarop de winnende foto's van alle voorgaande jaren. "Met de foto's uit voorgaande jaren maak je zo echt een reis die je maakt door de geschiedenis van World Press."
De thema's van de expositie lopen uiteen van immigratie tot het Zika-virus. Meins ziet ook dat Amerikanen en buitenlanders van alle achtergronden de expositie bezoeken. "We hebben veteranen gehad, van wie een aantal met een rolstoel door hun vrienden naar beneden werden getild. Maar we zien ook scholieren en kleine kinderen."
Het doel van de expositie is om meer dan alleen de foto's te laten zien, de makers willen de bezoekers ook wat leren. "We willen complexe zaken menselijk maken, mensen bij elkaar te brengen om te discussiëren en om discussies te stimuleren over zaken die de wereld bezighouden", aldus Meins.
'Samenbrengen is belangrijk'
Zeker in Amerika is het bij elkaar brengen van mensen belangrijk. "In een land als Amerika, waar na de laatste verkiezingen een enorm gevoel van polarisatie heerst, is dit samenbrengen belangrijk." Om dat voor elkaar te krijgen werkt de Nederlander samen met universiteiten, denktanks en ambassades die de verhalen achter de foto's vertellen.
"Ook al vertelt een foto heel veel, er blijft altijd een stukje van de achtergrond weg. Hier vertellen we het verhaal achter de foto's. Verschillende fotografen zijn hier ook geweest om hun verhaal achter de foto's te vertellen."
Een andere manier waarop de tentoonstelling haar bezoekers informeert, is door bij elk fotopaneel informatie te plaatsen. Op deze bordjes staat niet alleen informatie over de foto, maar ook waar en wanneer er bijvoorbeeld een lezing is te vinden over datgene wat de foto laat zien.
Voor Meins is de expositie geslaagd als mensen wat van de foto's of van andere bezoekers hebben meegekregen. "Ik zie wel dat de foto's iets teweegbrengen bij de bezoekers. Toen de veteranen de foto's uit de Vietnamoorlog zagen, zag ik dat er wat bij ze loskwam en hoe ze weer over die ervaringen met elkaar praatten."