Basisonderwijs boos over 'verborgen' bezuiniging
Basisscholen zijn boos dat er de komende vier jaar toch 61 miljoen euro wordt bezuinigd op het primair onderwijs. Dat betekent dat er een gat wordt geslagen in de investeringen die het nieuwe kabinet heeft aangekondigd, stelt de brancheorganisatie PO-Raad.
Het bedrag van 61 miljoen euro stond niet in het regeerakkoord. Wel stond er dat er nog een korting zat aan te komen als gevolg van een oud tekort op de begroting van het ministerie van Onderwijs. Het vorige kabinet heeft dat doorgeschoven naar de volgende ploeg.
Het blijkt nu om vele tientallen miljoenen te gaan, waarop het basisonderwijs niet had gerekend. In het regeerakkoord staat dat de komende vier jaar 450 miljoen euro wordt geïnvesteerd om de werkdruk voor leraren te verminderen. Daarnaast komt er 270 miljoen extra voor de salarissen.
'Trap na'
De leraren vonden die bedragen al onvoldoende om de problemen in het primair onderwijs te verminderen en overwegen om volgende maand opnieuw te gaan demonstreren. Nu gaat van de totale investering van 720 miljoen euro 61 miljoen af.
Voorzitter Rinda den Besten van de PO-raad noemt dit onverantwoord. "De investeringen zijn al onvoldoende en komen te laat om de problemen echt aan te pakken. Met bezuinigingen hierbovenop geeft het kabinet het onderwijs een trap na."
Het ministerie van Onderwijs wijst erop dat de zogenoemde efficiëntiekorting in stapjes oploopt tot 61 miljoen in 2021 en dat het "primaire proces" wordt ontzien. Ook de investeringen zijn in 2021 op het hoogtepunt. "Per saldo komt er dus heel veel geld bij."