Nijland: eredivisie hoort op natuurgras

De organisatie van eredivisieclubs (ECV) wil in 2020 alleen nog op natuurgras spelen. De werkgroep die daar een plan voor uitwerkt, moet vooral op zoek naar een financiële oplossing. "En dat is geen makkelijke klus", zegt Hans Nijland, directeur van FC Groningen.

Nijland vertegenwoordigt samen met Joost de Wit (directeur Vitesse) de natuurgrasclubs in de werkgroep. Namens de clubs met kunstgras zijn Hai Berden (voorzitter VVV-Venlo) en Rob Toussaint (commercieel directeur Heracles Almelo) afgevaardigd. ECV-directeur Jacco Swart leidt de werkgroep.

Natuurgras een licentievoorwaarde?

"Bij Groningen hebben we een hybride grasveld waar we trots op zijn", aldus Nijland. "Zo'n grasmat kost toch in aanschaf tussen de 4,5 en 5 ton. En jaarlijks zo'n 165.000 euro aan afschrijving, onderhoud en personeelskosten. Dat is ongelooflijk veel geld."

Hij heeft daarom begrip voor clubs met een kleiner budget die voor kunstgras hebben gekozen. "Alleen vind ik ook dat bij spelen op het allerhoogste niveau in Nederland natuurgras hoort, dat zou zelfs een licentievoorwaarde kunnen zijn."

Ook Swart lijkt voorstander van het afschaffen van kunstgras. "Als het erop lijkt dat natuurgras bijdraagt aan de kwaliteit van de eredivisie, zodat ook topteams weer kunnen presteren in Europa, dan moeten we dat nu aanpakken en oplossen."

"Clubs met kunstgras zullen heel veel moeten investeren op het moment dat ze overstappen naar natuurgras of hybride gras", erkent Swart. "Onderdeel van de oplossing moet zijn wat we doen met clubs die promoveren en met clubs die degraderen uit de eredivisie."

Creatief denken

Daarbij gaat het niet alleen om de kosten van het vervangen van kunstgras door een natuurgrasveld of hybride veld. Afscheid nemen van kunstgras betekent namelijk ook dat er een andere locatie voor trainingen gevonden moet worden. En dat wedstrijden met sponsoren en maatschappelijke acties in het stadion niet zomaar meer mogelijk zijn.

Nijland en Swart hopen dat de KNVB een bijdrage kan leveren. "En misschien zijn er mogelijkheden bij de UEFA of de FIFA, of zijn er leveranciers of andere commerciële partijen die een bijdrage kunnen leveren", zegt Swart. "Daar is nog wel wat creatiefs te bedenken."