Fipronil lastig te verwijderen, helft stallen schoon
Van de pluimveestallen waar volgens de NVWA het verboden middel fipronil is gebruikt, is nu ruim de helft schoon. Dat meldt woordvoerster Paula de Jonge van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit.
Het blijkt uiterst ingewikkeld om het middel uit de stallen te verwijderen. Het gevolg is dat veel pluimveehouders in onzekerheid verkeren wanneer ze weer mogen beginnen.
271 stallen zijn vrijgegeven omdat kippen en eieren fipronilvrij zijn, 114 stallen zijn geruimd en 226 stallen zijn geblokkeerd: die mogen (nog) geen kippen en broedeieren verkopen.
Het is heel lastig om een stal fipronilvrij te maken, stelt Eltjo Bethlehem van het Poultry Expertise Centre, een belangenorganisatie speciaal voor de Gelderse Vallei.
Ruien
Intussen is een aantal pluimveehouders begonnen met ruien. Daarbij krijgen de kippen ander voer en verliezen ze vet, het weefsel waarin fipronil zich ophoopt. Ze leggen ook minder eieren.
Henny de Haan van Nederlandse Vakbond voor Pluimveehouders zegt dat de effecten binnen tien dagen te zien zouden moeten zijn. "Maar dat is theorie, geen praktijk. De komende twee weken moeten boeren afwachten of de kippen onder de norm gaan vallen of dat ze alsnog moeten ruimen."
Bethlehem zegt dat het lastig is om de chemische stof die werd verkocht door het bedrijf Chickfriend uit alle hoeken en gaten van de stal te verwijderen. Boeren doen dat onder meer met waterstofperoxide en soda.
Poetsen
Is de schoonmaak afgerond, dan moet een dierenarts een onderzoek uitvoeren. Hij of zij poetst met een doekje aceton plekken in de stal. Fipronil hecht zich aan vettige delen, maar zit ook in voer, drinkwater, legnesten en matjes.
De arts neemt monsters en stuurt die naar het lab van de NVWA. Binnen vijf werkdagen krijgt de ondernemer het resultaat te horen.
Geregeld is de uitslag niet meteen goed. Dat is frustrerend voor de pluimveehouders. Dierenarts Peter Wijnen bij Omroep Gelderland: "Daardoor raken ze in onzekerheid: kunnen ze hun bedrijf nog wel voortzetten? In de tussentijd verdienen ze geen cent."
33 miljoen
De schade wordt per scharrel-legbedrijf geschat op 120.000 tot 220.000 euro. Voor intensieve pluimveebedrijven is de schade vaak nog aanzienlijk hoger, De Haan schat die op een half miljoen. Landelijk gaat het om zo'n 33 miljoen.
De Haan verwacht faillissementen. "De rek is eruit, banken verlenen geen krediet meer. Hetzelfde geldt voor leveranciers. Er mag niets meer misgaan. Pluimveehouders zijn de wanhoop nabij." Wat het betekent voor de andere ondernemingen in de eierketen is nog niet in kaart gebracht.