Onduidelijkheid over aanvaring stuw Grave duurde halve dag
Het was in de eerste uren na de aanvaring van de stuw in de Maas bij Grave niet duidelijk wat precies de gevolgen waren van het ongeluk in dichte mist, eind december vorig jaar. Uit een evaluatierapport van onderzoeksbureau Berenschot blijkt dat een totaalbeeld van de aanvaring ontbrak.
Rijkswaterstaat stelde aanvankelijk alleen vast dat de brug over de Maas gesloten moest worden. Veel later werd duidelijk dat een schip met benzeen op de stuw was gebotst en dat daardoor het waterpeil in de Maas daalde. Volgens de onderzoekers werd opnieuw uren later vastgesteld dat ook het waterpeil in het Maas-Waalkanaal zakte.
Bestuurders in Gelderland hadden sterk aangedrongen op een evaluatie. Zij vonden dat ze veel te laat op de hoogte waren gebracht van het ongeluk om hun inwoners te waarschuwen, terwijl aan de Brabantse kant van de Maas groot alarm was geslagen. Bewoners werden daar opgeroepen ramen en deuren dicht te houden.
Omstandigheden
Volgens de onderzoekers waren er unieke en zeer moeilijke omstandigheden bij de aanvaring. Nooit eerder had een schip een stuw geramd. Ook was onduidelijkheid bij de hulpdiensten of Grave in Brabant of Gelderland ligt. Daar kwam ook nog eens de dichte mist bij.
Bij de stuw wisselden Rijkswaterstaat, waterschappen en hulpdiensten goed informatie met elkaar uit, maar op andere plekken werden naar eigen inzicht anderen op de hoogte gebracht. Pas twaalf uur na de aanvaring was bij alle direct betrokkenen duidelijk wat er was gebeurd.
Papieren tijger
Het calamiteitenplan voor vaarwegen in Oost-Nederland doen de onderzoekers af als een papieren tijger. Oplossingen zijn niet goed op elkaar afgestemd. Daarom is volgens de onderzoekers verbetering hard nodig.
Rijkswaterstaat wordt opgeroepen te controleren of ingehuurde schippers en aannemers hun werk wel goed kunnen doen bij een crisis. Ook werd volgens Omroep Gelderland tijdens de presentatie van het rapport duidelijk dat de crisiscommunicatie beter moet.