Zuid-Sudan: geen hongersnood, wel honger
De voedselhulp aan Zuid-Sudan lijkt zijn vruchten af te werpen: volgens een VN-rapport is er geen hongersnood meer.
Tot zover het goede nieuws.
Want volgens hetzelfde rapport is het aantal mensen in Zuid-Sudan dat de kans loopt de hongerdood te sterven in een maand tijd met 500.000 toegenomen - van 5,5 miljoen naar 6 miljoen.
En in de classificatie die wordt gehanteerd door de opstellers van het zogeheten IPC-rapport (Integrated Food Security Phase Classification), zijn 1,7 miljoen mensen slechts één klasse van hongersnood verwijderd.
Rara, hoe kan dit?
Geen hongersnood, wel honger. Rara, hoe kan dit?
Het heeft alles te maken met de beschikbare data en de hokjes waar het IPC-rapport ze in stopt.
Volgens de IPC-standaard is er sprake van hongersnood als:
- Tenminste één vijfde van de bevolking moet leven van minder dan 2100 kilocalorieën per dag (om daar een beeld bij te krijgen: 2100 kilocalorieën = 4 porties friet)
- Tenminste één derde van de kinderen lijdt aan acute ondervoeding
- Er van de 10.000 mensen per dag twee een hongerdood sterven
- Of als er van de 10.000 kinderen per dag vier van honger omkomen
En dat is in Soedan dus niet meer zo. Maar veel meer is het niet.
Burgeroorlog
In Zuid-Sudan brak drie jaar geleden een burgeroorlog uit. Tienduizenden zijn sindsdien omgekomen. Miljoenen zijn op de vlucht.
Tegenvallende oogsten en hoge voedselprijzen deden de rest: afgelopen februari werd formeel vastgesteld dat in Zuid-Sudan hongersnood heerste. Het was - wereldwijd - voor het eerst in zes jaar dat er weer sprake was van hongersnood.